Tegenhetlicht

Terug naar de Oude paden


1 reactie

Noodzakelijke kenmerken

Een video (1) van een jongeman over een gebeurtenis uit zijn jeugd en zijn leven nu, bracht herinneringen naar boven, waardoor ik mij bewust werd van de rol die ik van Abba YHVH toebedeeld kreeg in dit leven.

PD vertelde hoe hij als tiener de hele school tegen hem kreeg en niet toe kon geven aan de druk. Dat nu hij er op terugkeek, deze afwijzing, deze eenzaamheid noodzakelijke ervaringen zouden worden om zijn huidige taak als voortrekker te kunnen doen samen met zijn vrouw.

Zijn relaas bracht mij eveneens terug naar mijn tienertijd, waarin ik duidelijk afwijzing ervaren heb vanwege het niet opgenomen worden in de groep, de kleding die mn moeder bepaalde en zo heel anders was dan de kleding van meisjes die volop de minimode ingingen. Ik werd genegeerd gedurende de middelbare schooltijd, uitgezonderd het derde jaar, toen een klasgenote met mij ging optrekken en zich niet van de meute aantrok. Toen al realiseerde ik mij dat ik een eenling was die zelf haar weg zou moeten gaan zoeken, wat ik ook deed. In de opleiding tot psychiatrisch verpleegkundige kwam ik verschillende klasgenoten tegen die mij nu wel benaderden en ik doorzag hen. Nu dan wel? Nee, dan liever mn weg vervolgen. Ook later in het leven zat het mij niet mee. Waar anderen volop van hun jeugd richting volwassenheid genoten, liep ik onder een zware zondelast.

Die ervaring tesamen met familiaire perikelen die boven mijn macht gingen, maakten dat ik soms tijden van neerslachtigheid had, waar ik de vinger niet op kon leggen. Verdriet, losgescheurd worden, van iedereen verlaten en alleen mijn troost kunnen zoeken bij de Vader.

Er waren andere nog diepere ervaringen, waar ik mee te dealen had en mij nog meer op mijzelf terugwierpen.

Eigenlijk is alles wel door een vuur van beproeving gegaan en toch heeft Abba YHVH mij niet verlaten. In bepaalde periodes geen steen op de andere gelaten. Hij had iets nieuws voor ogen. 

Waartoe diende het?

In mn vroege jeugd wilde ik maar één ding en dat is gered worden. Niet verloren gaan, maar wedergeboren worden en niet door eigen werken. Een kind in YHVH’s huisgezin. Hij heeft mij gehoord en bedacht mij geen doorsnee rol te geven. In de jaren tachtig werd ik met kracht van duisternis naar het Licht overgezet, waardoor ik tot de vrije keuze kwam om Abba YHVH volkomen te willen dienen uit dankbaarheid. Hem gevraagd mij toe te rusten. Jaren later, ik zal midden dertig zijn geweest, dat ik een bepalende uitleg van Arthur Katz in Friesland hoorde over de priesterlijke roeping. De prijs voor die roeping was alles opgeven, zodat het hart er niet op vastzit en de hartsgesteldheid er een zou zijn van een geschenk aannemen. Ik heb daar volmondig “ja” op gezegd en wat daarna volgde was als het ware de tweede lichting beproevingen van een zwaarder kaliber.

Psa 45:11  Hoor, o Dochter! en zie, en neig uw oor; en vergeet uw volk en uws vaders huis. 
Psa 45:12  Zo zal de Koning lust hebben aan uw schoonheid; dewijl Hij uw Meester is, zo buig u voor Hem neder. 

Terwijl ik zo wat deel, komen herinneringen af en aan en ik realiseer mij opnieuw dat wat in het vuur van beproeving kwam, Abba er zonodig iets heel anders voor in de plaats gaf.

Hij heeft mijn woorden, mijn keuze om Hem te willen dienen, nauwkeurig gehoord.

Ik heb terugkijkend geen enkel verlies geleden, want Abba YHVH gaf mij de tijd voor herstel, terwijl ik de noodzakelijke opleiding tot de  roeping doormaakte, waar oa Arthur Katz over sprak en zelf tevens veel ervaring opdeed. Voor mij blijft gelden dat eenmaal gekozen mij geen vrijbrief geeft. Er blijft werk aan de “winkel”.

YHVH heeft gegeven, YHVH heeft genomen, YHVH zij geloofd!

Hij gaf mij een dierbare metgezel en een zoon, alsmede een familie die Hem dienen wil.

1Pe_2:9  Maar gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk; opdat gij zoudt verkondigen de deugden Desgenen, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht;

Exo 19:5  Nu dan, indien gij naarstiglijk Mijner stem zult gehoorzamen, en Mijn verbond houden, zo zult gij Mijn eigendom zijn uit alle volken, want de ganse aarde is Mijn; 
Exo 19:6  En gij zult Mij een priesterlijk koninkrijk, en een heilig volk zijn. Dit zijn de woorden, die gij tot de kinderen Israels spreken zult. 

Gal_3:28  Daarin is noch Jood noch Griek; daarin is noch dienstbare noch vrije; daarin is geen man en vrouw; want gij allen zijt een in Christus Jezus.

Dit onderwerp brengt mij tot de volgende vragen die een ieder voor zichzelf moet beantwoorden:

-Wat belijdt u?

-Wat doet u daar zelf voor?

-Hebt u de Vader gevraagd om een rol in het leven om de boodschap van Zijn Koninkrijk vanuit eigen ervaring door te geven?

-Het u Hem gevraagd u daarvoor een opleiding in de levensschool te geven?

-Heeft u Hem gevraagd u toe te gaan rusten?

-Bent of was u bereid alles wat u lief en dierbaar is of was werkelijk te geven?

-Hebt u Hem gevraagd waar Hij u wil indelen?

-Heeft u om bevestiging gevraagd?

-Geeft u Hem de eer in dat alles?

Bedenk dat wij in de periode ná Yeshua’s opstanding leven. Hij, de Priester naar de orde van Melchizedek.

Wij, die gekocht en betaald zijn door Yeshua’s sterven, zijn de eerstelingen des geestes, waarin Yeshua als eerste Eersteling is voorgegaan.

Hebreeën 7 tm 10, 

1Co 15:20  Maar nu, de Gezalfde is opgewekt uit de doden, en is de Eersteling geworden dergenen, die ontslapen zijn. (..) 1Co 15:23  Maar een iegelijk in zijn orde: de eersteling Yeshua, daarna die van de Messias zijn, in Zijn toekomst.                                                                                                              Jas_1:18  Naar Zijn wil heeft Hij ons gebaard door het Woord der waarheid, opdat wij zouden zijn als eerstelingen Zijner schepselen.                                                                                                        Rom_8:23  En niet alleen dit, maar ook wij zelven, die de eerstelingen des Geestes hebben, wij ook zelven, zeg ik, zuchten in onszelven, verwachtende de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing onzes lichaams.
Rom_11:16  En indien de eerstelingen heilig zijn, zo is ook het deeg heilig, en indien de wortel heilig is, zo zijn ook de takken heilig.

Leviticus 8 en Hebreeën 7 stemmen overeen met dien verstande dat de priesterorde van Aaron fysiek was qua afstamming als heenwijzing naar de priesterorde van Melchizedek in navolging van Yeshua, waarbij Yeshua’s verlossingswerk de voorwaarde werd:

1Pe_2:9  Maar gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk; opdat gij zoudt verkondigen de deugden Desgenen, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht;

Bovenstaand vers wordt nauwkeurig beschreven in Hebreeën 7,8 en 9.

Voor mij was de gedeelde info opnieuw een opfriscursus…

Alle eer aan de Vader!

Ik nodig u uit om onderstaande uitleg van Arthur in zijn geheel te beluisteren:

  1. https://www.youtube.com/watch?v=4mzjUi_UkSU
  2. Boekje van Basilea Schlink wat Arthur benoemt: https://www.sermonindex.net/sermons/Cl6DcO-JQWtI0Yi4


Een reactie plaatsen

Inzicht verkrijgen

Het kan grijs en grauw worden zonder dat je daar aanleiding voor geeft. Dat het lijkt alsof je stil komt te staan en geen vreugde vindt in wat je doet of onderneemt. En daar blijft het niet bij. Het haalt je omlaag en zet je vast.

Heel veel zelfonderzoek komt op gang en daar is niets wat een klik geeft. Wat je wel ziet is oorzaak en gevolg in mensen, omstandigheden en een alsmaar groter wordende chaos, verdrietige verdwaalde mensen, die je geen hulp kan bieden. Wel een zucht naar de Verlosser.

Het is een tijd van zuchten. Lijden ook omdat je blij wil zijn, dat je weet dat je een verbondskind bent en je identiteit hebt ontdekt. Je weet et, belijdt et maar ervaart t niet in je emotie. Net of je afgesneden bent.

De vijgeboom is opgehouden te bloeien, er is geen oogst. Het is rondom leeg voor je gevoel en de wereld om je heen draait gewoon door. Frappant is dat jezelf ook van alles doet, werktuigelijk haast, maar jijzelf, je binnenste lijkt stil te staan en niet mee te komen.

Ik denk dat de Vader het doet, dat stilzetten. Dat vervagen van alles om je heen wat je aandacht had. En onderwijl in dat afgesneden gevoel, bid je, zeg je woorden, zing je liederen die je te binnen schieten, zoek je teksten op die in je gedachten komen en je hoopt dat je grond krijgt onder je geestelijke voeten, maar ervaart het niet.

Dat brengt je naar de gedachte dat je eigenlijk iets wil zoeken wat jou weer laat leven, in beweging laat komen, de vreugde weer ervaren en je beseft je afhankelijkheid, je kwetsbaar zijn.

Toch denk ik dat Abba YHVH al die kleine zaken gebruikt voor Zijn doel in Zijn Akker, Zijn kinderen, die niet in staat zijn of waren die woorden uit te spreken…of Hij wil een situatie willen veranderen, waarvoor Hij mensen inzet, die ooit oprecht hebben gezegd Hem te willen dienen.

Al zou de vijgeboom niet bloeien…al zou niemand de inzet van een dienaar opmerken en er iets mee gaan doen…al zou niemand reageren of te kennen geven een bemoediging te hebben gekregen…al zou het lijken voor niets te hebben gedeeld…

dan is het inzicht dat Hij de Bron is waar het om gaat

een verkregen inzicht!

Al zou Hij wachten te antwoorden…dan nog zal het inzicht niet verbleken, dat Hij het mag bepalen van hoe en wat.

Dat is het inzicht wat ik vanmorgen kreeg.Er kwam die diepe verbondenheid. Hij verlaat niet. Nooit!

Hij zendt uit, Hij rust toe, zorgt voor vernieuwing na vruchteloos werken op harde grond.

Loslaten is vaak losscheuren.

Bij loslaten lijkt het alsof alles onvrijwillig uit handen genomen wordt, maar zijn oprechte discipelen vergeten dat zij de makkelijke oplossing niet zoeken,maar een veel betere verlossing verwachten?

Dan nodigt Abba YHVH uit tot een vrije val. Naar een dieper level voor een hogere opbrengst, die Hij innen mag.

Al zou de vijgeboom niet bloeien…

nochtans..

In het onverwachtse moment van besef niet voor of achteruit te kunnen, terwijl de aanloop nauwelijks opgemerkt werd, was daar zoeken naar een eerder verkregen inzicht, maar die kwam niet naar voren. Abba wil een nieuw inzicht geven op een andere manier, terwijl Hij ons onderwijl reinigt. Het gaat samen op.

Afsterven en opbouwen om bruikbaar te blijven voor Zijn dienst.

Zijn wij bereid als Hij roept op een manier die bij nader inzien iets ongemakkelijks van ons vraagt?

Met Zijn Hulp die ter beschikking staat, zal het lukken.

Hij geeft er iets voor terug.

Ruimte en vernieuwing.

Hab 3:17  Alhoewel de vijgeboom niet bloeien zal, en geen vrucht aan den wijnstok zijn zal, dat het werk des olijfbooms liegen zal, en de velden geen spijze voortbrengen; dat men de kudde uit de kooi afscheuren zal, en dat er geen rund in de stallingen wezen zal; 
Hab 3:18  Zo zal ik nochtans in YHVH van vreugde opspringen, ik zal mij verheugen in den God mijns heils (Yah Die redt/verlost). 
Hab 3:19  Elohim YHVH is mijn Sterkte; en Hij zal mijn voeten maken als der hinden, en Hij zal mij doen treden op mijn hoogten. Voor den opperzangmeester op mijn Neginoth. 

@Hadassah

 

 


2 reacties

Veilig gesteld

Middenin de nacht wakker worden met een conversatie over Israel. Dat gesprek vond vorige week plaats in mijn slaap. Er waren vragen en ik kreeg inzichten die ik uitsprak…

Wonderlijk, zo wonderlijk dat ik het wilde opschrijven en uit bed ging.

Terwijl ik de trap afging en de woorden overdacht, kwamen er flarden zinnen en begrippen naar boven als ..

Hij geeft het Zijn beminden in de slaap…

Ouden zullen dromen dromen en jongelingen gezichten zien…Joël 2:28; Hand. 2:17

De woorden/zinnen waarmee ik wakker werd waren ondermeer, dat Abba Zich al een bijbels Israel veilig had gesteld in de natiën (nee, zeker niet alleen in het westen en oosten) én door de geschiedenis heen…

Dat we onze focus niet uitsluitend op de toekomst moeten leggen alsof het bijbels Israel nog moet gaan plaatsvinden, maar dat het gisteren en vandaag al als een getuigenis veilig gesteld is door Abba YHVH richting de toekomst.

En zeker wel zal het ultieme, de voleinding van dat plan zijn voltooid worden op grootse wijze, maar zoals de gedachte in m’n slaap verhaalt is het bijbels Israel in elke tijd en periode al een fysiek en levend getuigenis geweest op aarde.

1.Hoe dan een levend getuigenis op aarde?

2.En wat verstaan we onder bijbels Israel of het Israel naar het Woord?

1.De eerste vraag heeft maar één antwoord. Een ander antwoord is er niet.

Yeshua!

Zijn Naam voert terug naar de belofte in Genesis 3:15 en lift als het ware mee via de eenzijdige belofte aan Abraham en de weg wordt vervolgd via Izaäk en Jacob, die Israel werd genoemd. De nakomeling der belofte kwam voort uit een dorre baarmoeder van een oude vrouw en ook Izaäk werd vader van een zoon der belofte, die verwekt kon worden op gebed.

Mirjam de moeder van Yeshua werd overschaduwd, dewijl zij nog maagd was:

Luk 1:34  En Mirjam zeide tot den engel: Hoe zal dat wezen, dewijl ik geen man bekenne? 

Luk 1:35  En de engel, antwoordende, zeide tot haar: De Heilige Geest zal over u komen, en de kracht des Allerhoogsten zal u overschaduwen; daarom ook, dat Heilige, Dat uit u geboren zal worden, zal Gods Zoon genaamd worden. 

2.Het verbond dat de Heilige Israels sloot, gaat alleen via Zijn eigen verbond en Zijn voorwaarden.

Isa 47:4  Onzes Verlossers Naam is YHVH der heirscharen, de Heilige Israels.

Gen_21:12  Maar Elohim zeide tot Abraham: Laat het niet kwaad zijn in uw ogen, over den jongen, en over uw dienstmaagd; al wat Sara tot u zal zeggen, hoor naar haar stem; want in Izak zal uw zaad genoemd worden.

.Rom_9:7  Noch omdat zij Abrahams zaad zijn, zijn zij allen kinderen; maar: In Izaak zal u het zaad genoemd worden.

Heb_11:18  (Tot denwelken gezegd was: In Izak zal u het zaad genoemd worden) overleggende, dat God machtig was, hem ook uit de doden te verwekken;

Yeshua

Gal 3:16  Nu zo zijn de beloftenissen tot Abraham en zijn zaad gesproken. Hij zegt niet: En den zaden, als van velen; maar als van een: En uw zade; hetwelk is Messias.

 In bovenstaand vers wordt de voorwaarde en kenmerk van het bijbels Israel genoemd.

De beloftenissen tot Abraham én zijn zaad. Niet zijn zaden als van velen maar als van één: En uw zade, hetwelk is de Messias Yeshua!

In de tijd dat Yeshua op aarde leefde heeft Hij meermalen duidelijk gemaakt en herhaald, dat niet allen Israel zijn, omdat degenen die Hem tegenstonden zich beroemden op hun bloedlijn in plaats van op de verbondsvoorwaarden van de Heilige Israels.

Zeer terecht zegt Yeshua in Joh 8:39  op hun beroepen dat Abraham hun vader is: “…. Yeshua zeide tot hen: Indien gij Abrahams kinderen waart, zo zoudt gij de werken van Abraham doen.” 

Gal 3:7  Zo verstaat gij dan, dat degenen, die uit het geloof zijn, Abrahams kinderen zijn. 

Gal 3:8  En de Schrift, te voren ziende, dat God de heidenen uit het geloof zou rechtvaardigen, heeft te voren aan Abraham het Evangelie verkondigd, zeggende: In u zullen al de volken gezegend worden. 

Gal 3:9  Zo dan, die uit het geloof zijn, worden gezegend met den gelovigen Abraham. 

Rom 9:6  Doch ik zeg dit niet, alsof het woord Gods ware uitgevallen; want die zijn niet allen Israel, die uit Israel zijn. 

Rom 9:7  Noch omdat zij Abrahams zaad zijn, zijn zij allen kinderen; maar: In Izaak zal u het zaad genoemd worden. 

Rom 9:8  Dat is, niet de kinderen des vleses, die zijn kinderen Gods; maar de kinderen der beloftenis worden voor het zaad gerekend. 

Wanneer wij de de belofte van de Heilige Israels in het Woord gaan ontdekken zullen wij gaan zien dat Abba YHVH Zijn Israel veilig gesteld heeft. Veilig gesteld in Zijn verbond; in Zijn belofte en door Yeshua.

Rom 11:36  Want uit Hem, en door Hem, en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen. 

Hoe wil dat bijbels Israel groter worden in onze tijd?

Door gehoorzaam en toegewijd de opdracht te gaan doen:

Mat 28:18  En Yeshua, bij hen komende, sprak tot hen, zeggende: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde. 

Mat 28:19  Gaat dan henen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in den Naam van Yeshua (1); lerende hen onderhouden alles, wat Ik u geboden heb. 

Mat_24:14  En dit Evangelie des Koninkrijks zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis allen volken; en dan zal het einde komen.

Mat_26:13  Voorwaar zeg Ik u: Alwaar dit Evangelie gepredikt zal worden in de gehele wereld, daar zal ook tot haar gedachtenis gesproken worden van hetgeen zij gedaan heeft.

Mar_14:9  Voorwaar zeg Ik u: Alwaar dit Evangelie gepredikt zal worden in de gehele wereld, daar zal ook tot haar gedachtenis gesproken worden, van hetgeen zij gedaan heeft.

Mar_16:15  En Hij zeide tot hen: Gaat heen in de gehele wereld, predikt het Evangelie aan alle kreaturen.

Rom_1:8  Eerstelijk dank ik mijn God door Jezus Christus over u allen, dat uw geloof verkondigd wordt in de gehele wereld.

Col_1:6  Hetwelk tot u gekomen is, gelijk ook in de gehele wereld, en het brengt vruchten voort, gelijk ook onder u, van dien dag af dat gij gehoord hebt, en de genade Gods in waarheid bekend hebt.

1.Act_2:38  En Petrus zeide tot hen: Bekeert u, en een iegelijk van u worde gedoopt in den Naam van Yeshua Messias, tot vergeving der zonden; en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen.

Verbondskinderen, niet door kinderbesprenkeling, maar door het geloof en de werken die Yeshua ons leerde om die te doen, indachtig gemaakt door de Geest van Heiligheid overeenkomstig de raad in Joh 14:26:

Joh 14:26  Maar de Trooster, de Heilige Geest, Welken de Vader zenden zal in Mijn Naam, Die zal u alles leren, en zal u indachtig maken alles, wat Ik u gezegd heb. 

Veilig gesteld en toegerust met de kracht van Yeshua, niet met uiterlijk vertoon, maar geestelijke autoriteit.

Bedenk dat het woord heidenen ook akrobustia (figuurlijk onbesneden) betekenen kan. Ook wil het zeggen dat zowel het huis van Israel en het huis van Juda én de volkeren door niet te doen wat zij wel wisten, zeker Yeshua nodig hebben om opnieuw in het verbond te komen; er is geen ander Offer en geen ander Middel. Denk aan de toren van Babel, de zonde van Jerobeam en de afgoderij van Juda….

Eph 2:11  Daarom gedenkt, dat gij, die eertijds heidenen waart in het vlees, en die voorhuid genaamd werdt van degenen, die genaamd zijn besnijdenis in het vlees, die met handen geschiedt; 

Eph 2:12  Dat gij in dien tijd waart zonder Christus, vervreemd van het burgerschap Israels, en vreemdelingen van de verbonden der belofte, geen hoop hebbende, en zonder God in de wereld. 

Eph 2:13  Maar nu in Christus Jezus, zijt gij, die eertijds verre waart, nabij geworden door het bloed van Christus. 

Eph 2:14  Want Hij is onze vrede, Die deze beiden een gemaakt heeft, en den middelmuur des afscheidsels gebroken hebbende, 

Eph 2:15  Heeft Hij de vijandschap in Zijn vlees te niet gemaakt, namelijk de wet der geboden in inzettingen bestaande; opdat Hij die twee in Zichzelven tot een nieuwen mens zou scheppen, vrede makende; 

Eph 2:16  En opdat Hij die beiden met God in een lichaam zou verzoenen door het kruis, de vijandschap aan hetzelve gedood hebbende. 

Eph 2:17  En komende, heeft Hij door het Evangelie vrede verkondigd u, die verre waart, en dien, die nabij waren. 

Eph 2:18  Want door Hem hebben wij beiden den toegang door een Geest tot den Vader. 

Eph 2:19  Zo zijt gij dan niet meer vreemdelingen en bijwoners, maar medeburgers der heiligen, en huisgenoten Gods; 

Eph 2:20  Gebouwd op het fondament der apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus is de uiterste Hoeksteen; 

Eph 2:21  Op Welken het gehele gebouw, bekwamelijk samengevoegd zijnde, opwast tot een heiligen tempel in den Heere; 

Eph 2:22  Op Welken ook gij mede gebouwd wordt tot een woonstede Gods in den Geest. 

Veilig gesteld.

Mic_2:12  Voorzeker zal Ik u, o Jakob! gans verzamelen; voorzeker zal Ik Israels overblijfsel vergaderen; Ik zal het te samen zetten als schapen van Bosra; als een kudde in het midden van haar kooi zullen zij van mensen deunen.

Hem zij de heerlijkheid in der eeuwigheid!

@Hadassah


Een reactie plaatsen

Van Habakuk 3 naar 1Koningen 8…

Het beste wordt voor het laatste bewaard, zo luidt een gezegde…

Het was een periode van geestelijke leegte na de sukkot, waarin ik onderwerpen zocht die mij eertijds inspireerden. Ook gesprekken vinden met mensen waarin ik eerder weerklank vond en waarvan enkele mij inderdaad even uit die leegte “haalden”om daarna weer omhuld te worden met dat “gevoel”.

Het was niet de lichte verkoudheid die mij deed besluiten thuis te blijven in plaats van het overige te versterken, dat ik als het ware “vast” kwam zitten.

Tussendoor Abba YHVH vragen en uiteindelijk tot een aanvaarding komen. Het zij zo.

Want er was niets uit de “bus”gekomen, wat de oorzaak kon zijn.

Soms zet Hij Zelf Zijn kinderen op een plaats, waar zij moeten leren wachten.

Daarstraks kwamen zo inene de woorden uit Habakuk 3 naar boven…of was het van Boven naar mijn hart?

Al zou de vijgenboom niet bloeien…

Mijn hart reageerde op die woorden met “nochthans zal ik mij verheugen in de God mijns heils”en dat bracht mij tot inspiratie dat woorden kreeg en terwijl ik nu deel, komt het volgende in mn gedachten wat ik in de nacht van Shemini Atzeret jongstleden beleefde en nu terugkijkend een sleutel aanreikt:

Opmerkelijk was wel, dat in de nacht van Shemini Atzeret het ongewoon voor mijn doen was, dat ik niet kon inslapen en uren klaarwakker was in de nacht en na die in de woonkamer doorgebracht te hebben, vroeg in de morgen wat probeerde te slapen. Tijdens die nachtwake zocht ik op “achtste dag”, om mijzelf ervan te vergewissen dat Shemini Atzeret beduidend anders is dan Simcha Torah. Ik herinner me dat mijn oog op 1 Koningen 8 viel en ik die gelezen heb.

Ik begon met het vers dat over de achtste dag ging:

1Ki 8:66  Op den achtsten dag liet hij het volk gaan, en zij zegenden den koning; daarna gingen zij naar hun tenten, blijde en goedsmoeds over al het goede, dat YHVH/ de HEERE aan David, Zijn knecht, en aan Israel, Zijn volk, gedaan had. 

Daarna wilde ik weten welke achtste dag bedoeld werd…in welke periode…

1Ki 8:2  En alle mannen van Israel verzamelden zich tot den koning Salomo, in de maand Ethanim op het feest; die is de zevende maand. 

Nu terugziende gaf Abba YHVH een inzicht die bevestigt wat ik gedurende deze tijd  heel duidelijk ervaar.

Is dat niet wonderlijk?

We lezen verder:

1Ki 8:1  Toen vergaderde Salomo de oudsten van Israel, en al de hoofden der stammen, de oversten der vaderen, onder de kinderen Israels, tot den koning Salomo te Jeruzalem, om de ark des verbonds des HEEREN op te brengen uit de stad Davids, dewelke is Sion.
1Ki 8:2  En alle mannen van Israel verzamelden zich tot den koning Salomo, in de maand Ethanim op het feest; die is de zevende maand.
1Ki 8:3  En al de oudsten van Israel kwamen; en de priesters namen de ark op.
1Ki 8:4  En zij brachten de ark des HEEREN en de tent der samenkomst opwaarts mitsgaders al de heilige vaten, die in de tent waren; en de priesters en de Levieten brachten dezelve opwaarts.
1Ki 8:5  De koning Salomo nu en de ganse vergadering van Israel, die bij hem vergaderd waren, waren met hem voor de ark, offerende schapen en runderen, die vanwege de menigte niet konden geteld, noch gerekend worden.
1Ki 8:6  Alzo brachten de priesteren de ark des verbonds des HEEREN tot haar plaats, tot de aanspraakplaats van het huis, tot het heilige der heiligen, tot onder de vleugelen der cherubim.
1Ki 8:7  Want de cherubim spreidden beide vleugelen over de plaats der ark; en de cherubim overdekten de ark en haar handbomen van boven.
1Ki 8:8  Daarna schoven zij de handbomen verder uit, dat de hoofden der handbomen gezien werden uit het heiligdom voor aan de aanspraakplaats, maar buiten niet gezien werden; en zij zijn aldaar tot op dezen dag.
1Ki 8:9  Er was niets in de ark, dan alleen de twee stenen tafelen, die Mozes bij Horeb daarin gelegd had, als de HEERE een verbond maakte met de kinderen Israels, toen zij uit Egypteland uitgetogen waren. 

Vanwege de juiste intentie gebeurt het volgende:

1Ki 8:10  En het geschiedde, als de priesters uit het heilige uitgingen, dat een wolk het huis YHVHs/des HEEREN vervulde. 
1Ki 8:11  En de priesters konden niet staan om te dienen, vanwege de wolk; want de heerlijkheid YHVHs/des HEEREN had het huis YHVHs vervuld. 

1Ki 8:12  Toen zeide Salomo: De HEERE heeft gezegd, dat Hij in donkerheid zou wonen. 
1Ki 8:13  Ik heb immers een huis gebouwd, U ter woonstede, een vaste plaats tot Uw eeuwige woning. 
1Ki 8:14  Daarna wendde de koning zijn aangezicht om, en zegende de ganse gemeente van Israel; en de ganse gemeente van Israel stond. 

Op de achtste dag, Shemini Atzeret, gaat Salomo YHVH zegenen door het volk te vertellen wat YHVH gedaan heeft:

1Ki 8:15  En hij zeide: Geloofd zij de HEERE, de God Israels, Die met Zijn mond tot mijn vader David gesproken heeft, en heeft het met Zijn hand vervuld, zeggende: 
1Ki 8:16  Van dien dag af, dat Ik Mijn volk Israel uit Egypteland uitgevoerd heb, heb Ik geen stad verkoren uit alle stammen van Israel, om een huis te bouwen, dat Mijn Naam daar zou wezen; maar Ik heb David verkoren, dat hij over Mijn volk Israel wezen zou. 
1Ki 8:17  Het was ook in het hart van mijn vader David, een huis den Naam van den HEERE, den God Israels, te bouwen. 
1Ki 8:18  Maar de HEERE zeide tot David, mijn vader: Dewijl dat in uw hart geweest is Mijn Naam een huis te bouwen, gij hebt welgedaan, dat het in uw hart geweest is. 
1Ki 8:19  Evenwel gij zult dat huis niet bouwen; maar uw zoon, die uit uw lendenen voortkomen zal, die zal Mijn Naam dat huis bouwen. 
1Ki 8:20  Zo heeft de HEERE bevestigd Zijn woord, dat Hij gesproken had; want ik ben opgestaan in de plaats van mijn vader David, en ik zit op den troon van Israel, gelijk als de HEERE gesproken heeft; en ik heb een huis gebouwd den Naam des HEEREN, des Gods van Israel. 
1Ki 8:21  En ik heb daar een plaats beschikt voor de ark, waarin het verbond des HEEREN is, hetwelk Hij met onze vaderen maakte, als Hij hen uit Egypteland uitvoerde. 

Dan vervolgt Salomo en neemt de plaats in van voorbidder:

1Ki 8:22  En Salomo stond voor het altaar des HEEREN, tegenover de ganse gemeente van Israel, en breidde zijn handen uit naar den hemel; 
1Ki 8:23  En hij zeide: HEERE, God van Israel, er is geen God, gelijk Gij, boven in den hemel, noch beneden op de aarde, houdende het verbond en de weldadigheid aan Uw knechten, die voor Uw aangezicht met hun ganse hart wandelen; 
1Ki 8:24  Die Uw knecht, mijn vader David, gehouden hebt, wat Gij tot hem gesproken hadt; want met Uw mond hebt Gij gesproken, en met Uw hand vervuld, gelijk het te dezen dage is. 
1Ki 8:25  En nu HEERE, God van Israel, houd Uw knecht, mijn vader David, wat Gij tot hem gesproken hebt, zeggende: Geen man zal u van voor Mijn aangezicht afgesneden worden, die op den troon van Israel zitte; alleenlijk zo uw zonen hun weg bewaren, om te wandelen voor Mijn aangezicht, gelijk als gij gewandeld hebt voor Mijn aangezicht. 
1Ki 8:26  Nu dan, o God van Israel, laat toch Uw woord waar worden, hetwelk Gij gesproken hebt tot Uw knecht, mijn vader David. 
1Ki 8:27  Maar waarlijk, zou God op de aarde wonen? Zie, de hemelen, ja, de hemel der hemelen zouden U niet begrijpen, hoeveel te min dit huis, dat ik gebouwd heb! 
1Ki 8:28  Wend U dan nog tot het gebed van Uw knecht, en tot zijn smeking, o HEERE, mijn God, om te horen naar het geroep en naar het gebed, dat Uw knecht heden voor Uw aangezicht bidt. 
1Ki 8:29  Dat Uw ogen open zijn, nacht en dag, over dit huis, over deze plaats, van dewelke Gij gezegd hebt: Mijn Naam zal daar zijn; om te horen naar het gebed, hetwelk Uw knecht bidden zal in deze plaats. 
1Ki 8:30  Hoor dan naar de smeking van Uw knecht, en van Uw volk Israel, die in deze plaats zullen bidden; en Gij, hoor in de plaats Uwer woning, in den hemel, ja, hoor, en vergeef. 
1Ki 8:31  Wanneer iemand tegen zijn naaste zal gezondigd hebben, en hij hem een eed des vloeks opgelegd zal hebben, om zichzelven te vervloeken; en de eed des vloeks voor Uw altaar in dit huis komen zal; 
1Ki 8:32  Hoor Gij dan in den hemel, en doe, en richt Uw knechten, veroordelende den ongerechtige, gevende zijn weg op zijn hoofd, en rechtvaardigende den gerechtige, gevende hem naar zijn gerechtigheid. 
1Ki 8:33  Wanneer Uw volk Israel zal geslagen worden voor het aangezicht des vijands, omdat zij tegen U gezondigd zullen hebben, en zich tot U bekeren, en Uw Naam belijden, en tot U in dit huis bidden en smeken zullen; 
1Ki 8:34  Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw volk Israel, en breng hen weder in het land, dat Gij hun vaderen gegeven hebt. 
1Ki 8:35  Als de hemel zal gesloten zijn, dat er geen regen is, omdat zij tegen U gezondigd zullen hebben; en zij in deze plaats bidden, en Uw Naam belijden, en van hun zonden zich bekeren zullen, als Gij hen geplaagd zult hebben; 
1Ki 8:36  Hoor Gij dan in den hemel, en vergeef de zonde van Uw knechten en van Uw volk Israel, als Gij hun zult geleerd hebben den goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op Uw land, dat Gij Uw volk tot een erfenis gegeven hebt. 
1Ki 8:37  Als er honger in het land wezen zal, als er pest wezen zal, als er brandkoren, honigdauw, sprinkhanen, kevers wezen zullen, als zijn vijand in het land zijner poorten hem belegeren zal, of enige plage, of enige krankheid wezen zal; 
1Ki 8:38  Alle gebed, alle smeking, die van enig mens, van al Uw volk Israel, geschieden zal; als zij erkennen, een ieder de plage zijns harten, en een ieder zijn handen in dit huis uitbreiden zal; 
1Ki 8:39  Hoor Gij dan in den hemel, de vaste plaats Uwer woning, en vergeef, en doe, en geef een iegelijk naar al zijn wegen, gelijk Gij zijn hart kent; want Gij alleen kent het hart van alle kinderen der mensen; 
1Ki 8:40  Opdat zij U vrezen al de dagen, die zij leven zullen in het land, dat Gij onzen vaderen gegeven hebt. 
1Ki 8:41  Zelfs ook aangaande den vreemde, die van Uw volk Israel niet zal zijn, maar uit verren lande om Uws Naams wil komen zal; 
1Ki 8:42  (Want zij zullen horen van Uw groten Naam, en van Uw sterke hand, en van Uw uitgestrekten arm) als hij komen en bidden zal in dit huis; 
1Ki 8:43  Hoor Gij in den hemel, de vaste plaats Uwer woning, en doe naar alles, waarom die vreemde tot U roepen zal; opdat alle volken der aarde Uw Naam kennen, om U te vrezen, gelijk Uw volk Israel, en om te weten, dat Uw Naam genoemd wordt over dit huis, hetwelk ik gebouwd heb. 
1Ki 8:44  Wanneer Uw volk in den krijg tegen zijn vijand uittrekken zal door den weg, dien Gij hen henen zenden zult, en zullen tot den HEERE bidden naar den weg dezer stad, die Gij verkoren hebt, en naar dit huis, hetwelk ik Uw Naam gebouwd heb; 
1Ki 8:45  Hoor dan in den hemel hun gebed en hun smeking, en voer hun recht uit. 
1Ki 8:46  Wanneer zij gezondigd zullen hebben tegen U (want geen mens is er, die niet zondigt), en Gij tegen hen vertoornd zult zijn, en hen leveren zult voor het aangezicht des vijands, dat degenen, die hen gevangen hebben, hen gevankelijk wegvoeren in des vijands land, dat verre of nabij is. 
1Ki 8:47  En zij in het land, waar zij gevankelijk weggevoerd zijn, weder aan hun hart brengen zullen, dat zij zich bekeren, en tot U smeken in het land dergenen, die ze gevankelijk weggevoerd hebben, zeggende: Wij hebben gezondigd, en verkeerdelijk gedaan, wij hebben goddelooslijk gehandeld; 
1Ki 8:48  En zij zich tot U bekeren, met hun ganse hart, en met hun ganse ziel, in het land hunner vijanden, die hen gevankelijk weggevoerd zullen hebben; en tot U bidden zullen naar den weg van hun land (hetwelk Gij hun vaderen gegeven hebt), naar deze stad, die Gij verkoren hebt, en naar dit huis, dat ik Uw Naam gebouwd heb; 
1Ki 8:49  Hoor dan in den hemel, de vaste plaats Uwer woning, hun gebed en hun smeking en voer hun recht uit; 
1Ki 8:50  En vergeef aan Uw volk, dat zij tegen U gezondigd zullen hebben, en al hun overtredingen, waarmede zij tegen U zullen overtreden hebben; en geef hun barmhartigheid voor het aangezicht dergenen, die ze gevangen houden, opdat zij zich hunner ontfermen; 
1Ki 8:51  Want zij zijn Uw volk en Uw erfdeel, die Gij uitgevoerd hebt uit Egypteland, uit het midden des ijzeren ovens; 
1Ki 8:52  Opdat Uw ogen open zijn tot de smeking van Uw knecht, en tot de smeking van Uw volk Israel, om naar hen te horen, in al hun roepen tot U. 
1Ki 8:53  Want Gij hebt hen U tot een erfdeel afgezonderd, uit alle volken der aarde; gelijk als Gij gesproken hebt door den dienst van Mozes, Uw knecht, als Gij onze vaderen uit Egypte uitvoerdet, Heere HEERE!

Daarna staat Salomo op en zegent het volk met het noemen van YHVHs trouw aan Zijn verbond:

1Ki 8:54  Het geschiedde nu, als Salomo voleind had dit ganse gebed, en deze smeking tot den HEERE te bidden, dat hij van voor het altaar des HEEREN opstond, van het knielen op zijn knieen, met zijn handen uitgebreid naar den hemel; 
1Ki 8:55  Zo stond hij, en zegende de ganse gemeente van Israel, zeggende met luider stem: 
1Ki 8:56  Geloofd zij de HEERE, Die aan Zijn volk Israel rust gegeven heeft, naar alles, wat Hij gesproken heeft! Niet een enig woord is er gevallen van al Zijn goede woorden, die Hij gesproken heeft door den dienst van Mozes, Zijn knecht. 
1Ki 8:57  De HEERE, onze God, zij met ons, gelijk als Hij geweest is met onze vaderen; Hij verlate ons niet, en begeve ons niet; 
1Ki 8:58  Neigende tot Zich ons hart, om in al Zijn wegen te wandelen, en om te houden Zijn geboden, en Zijn inzettingen, en Zijn rechten, dewelke Hij onzen vaderen geboden heeft. 
1Ki 8:59  En dat deze mijn woorden, waarmede ik voor den HEERE gesmeekt heb, mogen nabij zijn voor den HEERE, onzen God, dag en nacht; opdat Hij het recht van Zijn knecht uitvoere, en het recht van Zijn volk Israel, elkeen dagelijks op zijn dag. 
1Ki 8:60  Opdat alle volken der aarde weten, dat de HEERE die God is, niemand meer; 
1Ki 8:61  En ulieder hart volkomen zij met den HEERE, onzen God, om te wandelen in Zijn inzettingen, en Zijn geboden te houden, gelijk te dezen dage. 

Daarna gaat hij over op het destijds gebruikelijke offeren:

1Ki 8:62  En de koning, en gans Israel met hem, offerden slachtofferen voor het aangezicht des HEEREN. 
1Ki 8:63  En Salomo offerde ten dankoffer, dat hij den HEERE offerde, twee en twintig duizend runderen, en honderd en twintig duizend schapen. Alzo hebben zij het huis des HEEREN ingewijd, de koning en al de kinderen Israels. 
1Ki 8:64  Ten zelfden dage heiligde de koning het middelste des voorhofs, dat voor het huis des HEEREN was, omdat hij aldaar het brandoffer en het spijsoffer bereid had, mitsgaders het vet der dankofferen; want het koperen altaar, dat voor het aangezicht des HEEREN was, was te klein, om de brandofferen, en de spijsofferen, en het vet der dankofferen te vatten. 
1Ki 8:65  Terzelfder tijd ook hield Salomo het feest, en gans Israel met hem, een grote gemeente, van den ingang af van Hamath tot de rivier van Egypte, voor het aangezicht des HEEREN, onzes Gods, zeven dagen en zeven dagen, zijnde veertien dagen. 

1Ki 8:66  Op den achtsten dag liet hij het volk gaan, en zij zegenden den koning; daarna gingen zij naar hun tenten, blijde en goedsmoeds over al het goede, dat de HEERE aan David, Zijn knecht, en aan Israel, Zijn volk, gedaan had. 

Ik denk dat Abba YHVH op voorhand onderwijs gaf hoe in de bres te staan voor hen die Hem niet eerst geraadpleegd hebben alvorens aan de slag te gaan.

Is het niet dat Hij het Zijn beminden in de slaap geeft?

Ik verwonder mij, omdat ik een Nazareth als achterland heb gehad, waarvan men vraagt of daar wel iets goeds uit zou kunnen voortkomen.

Het was in een tijd dat iemand mij schreef,dat onderstaande woorden voor mij waren en ik mij opnieuw verwonderde dat Hij aan alles denkt. Zó groot is Vader!

Hij doorziet de harten en Hij geeft wat nodig is.

Isa 57:18  Ik zie hun wegen, en Ik zal hen genezen; en Ik zal hen geleiden, en hun vertroostingen wedergeven, namelijk aan hun treurigen.
Isa 57:19  Ik schep de vrucht der lippen, vrede, vrede dengenen, die verre zijn, en dengenen, die nabij zijn, zegt YHVH/ de HEERE, en Ik zal hen genezen. 

Daarom en alleen om Zijns Naams wille hebben wij een taak. Om Hem te vragen hoe wij bidden zullen voor hen die Hij in onze gedachten brengt of wij hen nu kennen of niet. De Johannesbrief geeft in het hogepriesterlijk gebed van Yeshua zoveel toestemming en aanmoediging,dat wij kunnen volharden in voorbede. Hij zal het maken, omdat Hij het gezegd heeft.~HalleluYah!

1Jn 2:1  Mijn kinderkens, ik schrijf u deze dingen, opdat gij niet zondigt. En indien iemand gezondigd heeft, wij hebben een Voorspraak bij den Vader, Yeshua de Gezalfde/ Jezus Christus, den Rechtvaardige;
1Jn 2:2  En Hij is een verzoening voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de zonden der gehele wereld.

Uit Hem, door Hem en tot hem zijn alle dingen- Romeinen 11:36

Beproef mijn woorden!


1 reactie

Achor in Mattheüs 13?

Tussen alle vormen van invulling over hoe een en ander zou kunnen gaan, spreekt mij het over en over lezen van feiten in het Woord meer aan waar Abba YHVH spreekt over het bewaren van Zijn overblijfsel op de aarde en hoe Hij dat gaat doen, is aan Hem. Hij geeft ons kleine puzzelstukjes, en het is aan ons om Hem te vragen hoe Hij dat bedoelt.

Waar doelt Abba YHVH op als Hij in Hosea 2 spreekt over het lokken van Zijn Geliefde naar Achor?

Moeten we alles alleen maar geestelijk invullen terwijl het volk Israel na de wonderlijke verlossing uit het land Goshen bij Pi haGiroth door de zee kon wandelen en het leger van de Farao omkwam in de golven?

Was het relaas over Noach dan geestelijk toen hij de opdracht kreeg om een ark te bouwen en daar met zijn gezin in ging en de goddelozen omkwamen in de golven?

Is de raad in Mattheüs 24:15 geestelijk bedoeld? Wat dan als het toch waar is dat de verwoester overal zal komen omdat alle genoemde plaatsen in Daniël 11 toch letterlijk bedoeld zijn? Is het al eens gebeurd en gaat het opnieuw gebeuren, nu ook in het land verontreiniging heeft plaatsgevonden?

En wat te zeggen van Openbaring 12 is het slechts geestelijk dat de vrouw (volwassen in geloof) gevoed wordt op een beschermde plaats en zij die haar gehoord hebben maar niet of nauwelijks ernaar gehandeld de volle laag krijgen in de regio’s waar de draak recht heeft om te komen?

Terwijl veel leringen gaan over wegnemen van gelovigen voordat of nadat er iets staat te gebeuren, spreekt het Woord over het eerst weghalen van onkruid in de gelijkenis in Mattheüs 13.

Voor mij zijn de gebeurtenissen in zowel het Oude als Vernieuwde Verbond/Testament bevestigend en sluitend, dat de Vader Zijn overblijfsel beschermd op aarde temidden van alle tumult.

Enige puzzelstukjes geeft Hij ons en zij die dat opmerken gaan ermee aan de slag. Dat mag, ook al lopen we er misschien in enthousiasme wat meer mee weg dan de Vader bedoelt. Wanneer wij oprecht in dienst willen staan van Hem, Die alles schiep, dan komen wij voorzichtig terug en vragen naar Zijn wegen.

Eén zaak staat vast en wankelt niet. Dat is Zijn plan om een Bruid te werven, die op Hem lijkt door Zijn instructies nauwkeurig op te volgen.

Het is zaak om Zijn plan feitelijk te doorzoeken. Met feitelijk bedoel ik dat wij Zijn geschreven Woord hoger dienen te achten dan ingesleten leringen en geboden van mensen.

Zijn Woord is levend en krachtig.

Enkele hoofdstukken ter overdenking en onderzoek naar de achtergronden:

Exodus 14

Genesis 7

Hosea 2

Isa 16:3  Brengt een raad aan, houdt gericht, maakt uw schaduw op het midden van den middag, gelijk van den nacht; verbergt de verdrevenen, en meldt den omzwervende niet. 
Isa 16:4  Laat mijn verdrevenen onder u verkeren, o Moab! wees gij hun een schuilplaats voor het aangezicht des verstoorders; want de onderdrukker heeft een einde, de verstoring is te niet geworden, de vertreders zijn van de aarde verdaan. 
Isa 16:5  Want er zal een troon bevestigd worden in goedertierenheid, en op denzelven zal bestendig een zitten in de tent van David, een, die oordeelt en het recht zoekt, en vaardig is ter gerechtigheid. 

Daniël 11, met name vers 41:  En hij zal komen in het land des sieraads, en vele landen zullen ter nedergeworpen worden; doch deze zullen zijn hand ontkomen, Edom en Moab, en de eerstelingen der kinderen Ammons. 

Mattheüs 13

Mattheüs 24

Openbaring 12 met name 6, 14 tm 17

Een vraag voor de lezers: Welke regio wordt er met het “land des sieraads” bedoeld in vers 41?

Lees dit onderwerp met Heb_4:12  Want het Woord YHVHs/Gods is levend en krachtig, en scherpsnijdender dan enig tweesnijdend zwaard, en gaat door tot de verdeling der ziel, en des geestes, en der samenvoegselen, en des mergs, en is een oordeler der gedachten en der overleggingen des harten.

NB Het begrip Achor geeft mij hoop, omdat Hij het gezegd heeft. Hij gaat geheel Israel verzamelen en let wel, niet wat wij van mensen hebben gehoord die zich eigen vaten hebben uitgehouwen, vaten die geen water (Levend Water) houden. Het Israel wat Hij gaat verzamelen, zal Zijn voorwaarden gehoorzamen en opvolgen. Lees in YHVH’s geschreven Woord wat Hij onder het woord “Israel”verstaat. Dat zullen wij alleen door Zijn Geest gaan verstaan en omarmen. Joh 14:26.

Hem zij alle eer!


.


Een reactie plaatsen

De parel

Een vrouw in diepe nood zag geen andere keuze dan in het diepst van de nacht iemand te bellen waarvan de naam haar te binnen schoot.

Ze vertelde de persoon die haar in het geheel niet kende, dat ze in een verschrikkelijke nood zat en raad zocht…een woord, een advies..iets.

Ze kreeg te horen dat wanneer haar lijden te maken had met het lijden van Yeshua, zij om Zijns Naam wille behouden zou worden en dat op zeker moment anderen zich zouden gaan verwonderen.

Waarom?

Omdat men ogen krijgen moest om het herstellend werk van de Vader te zien in haar.

De persoon aan de andere kant van de lijn vergeleek het met een tot dan onopgemerkte kostbare parel in een kast waarvan de deuren langzaam opengingen.

Door de tijd heen heeft de jonge vrouw zo nu en dan eens aan deze uitspraak gedacht, maar geen situatie gezien waar de uitleg van de parel op van toepassing was.

Er waren zeker herstelmomenten en ook nieuw leed te verwerken, er was overwinning en uitstappen om de hand te reiken aan en naar.

Maar de gelijkenis van de parel wachtte.

Misschien heeft het wel met de verzameling te maken…

De wereld maakt zich op met steeds meer nieuwe en veelal benauwende berichten,

maar er wachten nog enkele profetieën, die baan gaan breken.

Eerder is het einde niet.

Er was lang geleden een volkje, door YHVH verkozen. Zij zeiden Amen op het trouwverbond, maar verkozen toch hun eigen weg te gaan en eigen goden boven hun Schepper te verkiezen.

Dat volkje kreeg een scheidsbrief en verdween in de volkeren. Niemand bleek uitgezonderd, getuige Jeremia 3.

In het profetisch plan heeft de Schepper een Redder mogelijk gemaakt, die in de bres zou gaan staan om de vrouw opnieuw te huwen.

Dát profetische plan is er. Wij zijn er getuigen van dat de Schepper zowel de nazaten van dat volkje verzamelen gaat als wel die nog herkenbaar bleken.

Zoek op het woord Eersteling en eerstelingen des geestes…

Door openbaring van Vaders Geest zijn er over de gehele wereld mensen die van dat profetische plan in hun persoonlijke leven kunnen getuigen.

Vaak ging daar lijden en eenzaamheid aan vooraf, ook afleggen van leringen en tradities die hen afhielden van transparant worden…

Zo worden ruwe parels schitterend en op zeker moment worden ze door anderen die ogen kregen om te zien, opgemerkt.

Net zoals wij de Zoon ontdekten toen wij ogen kregen om te zien en oren om te horen.

Hij Die ons voorging in lijden en sterven om met Zijn zondeloos bloed ons te reinigen van alle zonden,

zodat,

wij opnieuw onze diensten voor Hem vruchtbaar kunnen uitvoeren.

@Hadassah

 


Een reactie plaatsen

Buitengewone ervaring

Een paar dagen heb ik een speciaal niet te beschrijven diep gevoel gehad, die met niets vervangen kon worden. Het voelde erg leeg alsof niets er meer toe deed en dat terwijl alles buiten mijzelf op rolletjes ging en gaat. Ik vroeg gisteravond een vertrouwde voor mij te bidden en toen week het wat.

Vanmorgen gingen mn gedachten naar de openbaring over mijn identiteit als Israeliet in Yeshua en ik bedacht me om herinneringen op te halen van de reünies die eerst onze zoon en ik ( en na het eerste Congres de volgende twee met mijn echtgenoot erbij meegemaakt hebben in Israel. Ik deelde de foto’s en video’s op de telegramgroep die ik in 2016 opgezet heb met een klein aantal mensen die zowel de reunies meemaakten in Ariel alswel andere familie in de volkeren, die ook zijn gaan weten dat zij deel uitmaken van dat Israel wat YHVH voor ogen heeft. Een geliefde broer uit Texas deelde iets dat wellicht een sleutel is waarom mensen uit de volkeren het niet vatten, wie zij zijn en wat hun roeping is.

“Weinig mensen kijken ooit naar de ware betekenis van het Latijnse woord heiden. Het betekent in feite mensen van je stam of familie in de naties. Denk er eens over na, niet-Jood, genetisch, genitlia.
Definitie: heiden (n.)

“iemand die geen jood is”, c. 1400; eerder “iemand die geen christen is, een heiden” (eind 14c.), Van laat-Latijn zelfstandig naamwoord gebruik van Latijnse gentilis “van dezelfde familie of clan, van of behorend tot een Romeinse gens,” van gens (genitive gentis) ” ras, clan’, van PIE-wortel *gene-‘baren, verwekken’, met afgeleiden die verwijzen naar voortplanting en familiale en tribale groepen.
Het Latijnse bijvoeglijk naamwoord betekende ook ‘van of behorend tot dezelfde natie’, vandaar dat als zelfstandig naamwoord heidenen (meervoud) ‘mannen van familie, personen die tot dezelfde familie behoren, landgenoten, verwanten’ kunnen betekenen.

Merk op dat in de 14e eeuw de Joden verklaarden dat de verloren stammen niet identificeerbaar waren en dat ze zelf niet wisten wie ze waren. Ze waren dus niet langer een natie vóór Elohim.
Tegelijkertijd veranderden christenen de betekenis in heidens.
Dit woord “heidens” dat geen woord is in het Hebreeuws, Grieks of Aramees, de talen waarin de Bijbel is geschreven, komt in bijna alle vertalingen voor en wordt begrepen volgens de gewijzigde betekenissen. Terwijl het eigenlijk de verloren schapen van onze familie betekent, namelijk Israël.

Mijn vrouw en ik hebben met christenen gewerkt die enigszins in de richting van de waarheid bewegen. Wat we hebben ontdekt als het grootste struikelblok voor hen is het verkeerde begrip van dit woord dat niet eens in de Schriften thuishoort. Ze beschouwen zichzelf als iets anders dan Israël en geloven dat ze een ander heilspad hebben. Zelfs in het aangezicht van Ef. 2:11-19 en vooral Gal. 3:27-29 kunnen ze deze doctrine niet loslaten. Het is satans beste wapen. We geven ze niet op, Eloah verblindt en alleen Hij kan de verblinding ongedaan maken.” (1).

Bij het lezen dat het satans beste wapen is, begreep ik ineens waarom die verblinding zo hardnekkig is. De tegenstander is er op uit om de volledige hereniging onder Yeshua zoveel mogelijk tegen te houden met alle mogelijke middelen.

De mensen die (nog) verblind zijn, beseffen niet dat zij de ultieme roeping hebben om in hun geschonken identiteit te staan, zodat de eerstgeborenen des geestes in hun volheid Abba laten zien dat Hij de Deur kan openen naar Juda. Zolang er geen eerstgeborene is, kan er geen sprake zijn van een gezin met meerdere kinderen. Het getal moet vol zijn -Romeinen 11. Abba heeft de natiën op het oog vóórdat Hij de overigen roepen zal. Die volgorde vinden we steeds opnieuw in Zijn geschreven Woord terug. Hij heeft een hoge prijs betaald voor onze behoudenis, identiteit en roeping.

Degenen die het door openbaring ontvangen hebben, werken hun roeping uit met ontzag voor de Allerhoogste Die het hun liet zien door de Heilige Geest. Die openbaring helpt hen niet op te geven, alhoewel het uiterst moeilijk is. In die tijd van ploeteren en niet loslaten, werkt Hij volharding in hen uit en een sterkere gerichtheid op Yeshua, omdat alle andere manieren niet of nauwelijks resultaat hebben.

Veelal moe aan de voeten zitten van Hem Die alleen voor de verloren schapen kwam en daar gesterkt worden, is voor die harde tijd een vertroosting. Abba YHVH geeft wat nodig is, herstelt van binnenuit, maakt dat we moeders en vaders worden die klaar zijn voor de grote oogst.

Vaders en moeders die niet van mensengeboden meer afhankelijk zijn, die zij opgedaan hebben in diverse leringen van verstandelijk wijze mensen, maar dat opgegeven hebben voor de ultieme openbaring rechtstreeks vanuit het Vaderhart. Daarop heeft Hij gewacht. Dat wij het echt alleen van Hem verwachten willen door Zijn Geest van Heiligheid.

Joh 14:26  Maar de Trooster, de Heilige Geest, Welken de Vader zenden zal in Mijn Naam, Die zal u alles leren, en zal u indachtig maken alles, wat Ik u gezegd heb. 
Joh 14:27  Vrede laat Ik u, Mijn vrede geef Ik u; niet gelijkerwijs de wereld hem geeft, geef Ik hem u. Uw hart worde niet ontroerd en zij niet versaagd

Is dat dan niet alles waard?

Joh 15:1  Ik ben de ware Wijnstok, en Mijn Vader is de Landman. 
Joh 15:2  Alle rank, die in Mij geen vrucht draagt, die neemt Hij weg; en al wie vrucht draagt, die reinigt Hij, opdat zij meer vrucht drage. 
Joh 15:3  Gijlieden zijt nu rein om het woord, dat Ik tot u gesproken heb. 
Joh 15:4  Blijft in Mij, en Ik in u. Gelijkerwijs de rank geen vrucht kan dragen van zichzelve, zo zij niet in den wijnstok blijft; alzo ook gij niet, zo gij in Mij niet blijft. 
Joh 15:5  Ik ben de Wijnstok, en gij de ranken; die in Mij blijft, en Ik in hem, die draagt veel vrucht; want zonder Mij kunt gij niets doen. 

1.Bron: C.S. en met toestemming van hem gedeeld.

Het intens diep lege gevoel heeft voor iets anders plaats gemaakt. Ik kan niet anders concluderen dat Hij geeft en neemt, deelt en bij ontvangst, verder leidt en dat stemt me erg dankbaar.

@Hadassah


Een reactie plaatsen

Specifieke toerusting voor de eerstelingen

Sinds ik mij bewust werd van de raad welke Yeshua gaf ondermeer in Johannes 14:26 ben ik recentelijk iets wonderlijks tegengekomen wat ik graag met u delen wil.

Over het algemeen wanneer de Vader (YHVH) ons iets met Zijn Geest wil delen, gaat het in stapjes. Eerst komt er een soort oplettendheid naar boven, nog niet geheel bewust ervan, maar men wordt naar bepaalde mensen getrokken die iets willen delen wat op dat moment de interesse heeft, of men leest iets in het Woord, zoekt ernaar…en dan op een gegeven moment gaan dat soort momenten zich als het ware repeterend afwisselen, waardoor er zachtjesaan een gedachte opkomt of er misschien iets nieuws te ontdekken valt. Terugziend worden de eerste stappen wel als leiding gezien, maar niet direct dat het iets gaat openbaren, maar men staat er in die zoekende houding wel voor open.

Zo gaat het mij regelmatig..

Over een aantal jaren luister ik regelmatig naar de gedeelde gedachten van verloste Israelieten (1) en elke keer inspireren hun gedachten mij op een manier die mij zelf ook nieuwe inzichten geven of hun gedachten bevestigen exact waar de Heilige Geest mij tijdelijk bij bepaald.

Zo kreeg ik vanmorgen de tijd om twee podcasten te beluisteren en opnieuw kwamen onderwerpen in mijn gedachten die ik recentelijk zelf verwoord had en meer nog…hun samenspraak bracht mij ook weer verder..Genoeg stof om verder te mijmeren.

Tussen al die herkenningspunten kwam een nieuwe gedachte die ik niet eerder zo specifiek kreeg:

Mij valt het op dat verloste Israelieten die hun identiteit bewust opnemen en er uit gaan handelen een specifieke toerusting krijgen gepaard gaande met een scherp onderscheidingsvermogen die ik alleen kan toe schrijven aan YHVH, Die het geeft, om die boodschap onderbouwd met schriftuurlijke geschiedenis en specifieke patronen, uit kunnen delen met het resultaat: een sterke hoop voor de nabije toekomst voor de verloste Israelieten.

Terwijl vele gelovigen, ook velen uit de beweging die de shabbat en bijbelse feesten hebben ontdekt, aan symptoombestrijding doen of teruggrijpen naar oude leringen, stappen de pioniers onder de verloste Israelieten vooruit, net zo dapper als Jozua en Caleb en zien zij zaken in veel breder perspectief. Dat onderscheidt hen van de anderen.

Het doet mij denken aan de gelijkenis van de nieuwe wijn, die in nieuwe zakken wordt gedaan, want de oude zakken zouden barsten…

Dat geeft zulk een hoop, dat de Heilige Geest zó krachtig werkt en in deze mensen een profetische gave activeert, die ik onder andere gelovigen zeker niet in die mate ben tegengekomen.

Dat stemt mij hoopvol met de nadruk op tikvah en een vrede met de nadruk op shalom.

Er komt nog een opwekking, nl die van de hereniging van verlost Israel en verlost Juda.

De volgorde staat vast. De Schepper is aan zet.

Wat Hij begon zal Hij afmaken.

Hij heeft het laatste Woord.

In het verleden ligt het heden in het nu wat komen zal.

Alle eer aan Hem Die mij en velen het Leven gaf!

Jes 43; Matth 9:17; Gen 17:4,5; Gen 48:19; Rom 9 tm 11

  1. Geestelijke nazaten voortgekomen uit de zegen van Abraham die via de andere aartsvaders in de eerstgeboortezegen van Efraïm uitmondt om door het verlossingswerk van dé Eersteling voor de verloren schapen van het huis van Israel, eerstelingen des geestes worden.


1 reactie

Onthuld

Vanwege een vraag over de openbaring van de bijbelse identiteit, die nu zo’n 25 jaar waarneembaar is in de zin van getuigenissen, uitleg en activiteiten, wil ik proberen uit te leggen, waar en hoe dat is ontstaan. Dat was overigens ook de vraag.

Ten diepste gaat het veel verder terug, toen YHVH Zich een volk koos uit alle volken der wereld. Nazaten van de twaalf zonen van Jacob/Israel. Ook van Yosef adopteerde hij Manasse en Efraïm-Gen 48:5. De jongste Efraïm kreeg geestelijk gezien de eerstgeboortezegen – Gen 48:14. Zo werd later na Salomo dat ene koninkrijk in tweeën gesplitst met de namen van de twee grootste stammen, Juda en Efraïm, ook wel Israel genoemd. Tesamen zullen zij, nu nog grotendeels gescheiden (vervallen hut van David)weer tot één rijk worden onder de banier van Yeshua.

De eerstgeboortezegen aan Efraïm bevestigt de zegen die Abraham kreeg en ook dat Abba YHVH met de wegzending de volkeren in de gehele wereld op het oog heeft om Israel te worden. Dat is immers de naam van het gehele volk. Er is geen andere selectie of tweede volk met een andere naam, dat Hij erbij gekozen heeft.

Toen YHVH Zich een volk koos, welke uittrok uit het land Goshen, trok met hen een menigte van veel vermengd volk op -Ex 12:38. Vreemdelingen, die zich voegden bij hen en onder de berg eenswillens Amen zeiden op YHVH’s instructies en daardoor ondanks vreemde bloedlijn, Israel werden. Nadien wordt namelijk niet meer van onderscheid gesproken, getuige het Woord.

Maar zoals wij uit de bijbelse geschiedenis lezen, verontreinigde het volk zich en zondigde dusdanig dat YHVH hen scheidde in twee koninkrijken, waarvan het noordelijk koninkrijk de scheidbrief kreeg en Lo Ammi werd. Hen werd hun identiteit afgenomen. Zo gingen zij gelijk de profetie voorzegt op in de volkeren en aanbaden diens afgoden. Maar ook Juda, die na een korte ballingschap terugkeerde, had evengoed afgodendienst gepleegd, getuige Jer 3. Dit hoofdstuk beschrijft in kort bestek hoe het de beide huizen vergaan is en hoe de weg terug eenheid brengen zal.

Toen beide huizen door hun ongerechtigheid afgesloten waren om deel te kunnen nemen in het heilsplan van YHVH, bleef er voor Hem die ene mogelijkheid, welke Hij reeds in Gan Eden aan Adam en Chava gezegd had, dat er uit de vrouw een Zaad komen zou Die Satan zou vermorzelen, getuige Genesis 3:15

En zo kwam Yeshua, geboren uit een maagd, die overschaduwd was geweest door de Heilige Geest. Yeshua, zondeloos, stierf voor deze twee huizen, hun nazaten,metgezellen en veel vermengd volk, die later bij een eenswillens Amen allen Israel zouden worden net als bij de berg Sinai. Er was namelijk nog een noodzakelijk feit nodig, die Yeshua door Zijn sterven ontsloot. In de instructies van YHVH staat dat, wanneer een vrouw een scheidbrief kreeg in verband met overspel, zij nooit meer opnieuw mocht huwen met de man die haar wegzond. Zo zou zowel Efraïm/Israel en Juda die beiden afgoden dienden nooit meer kunnen deelnemen in het heilsplan, tenzij…zie Deuteronomium 24:1 – 4.

Vervangingsleer was een van de afgoden in de volkeren waardoor mensen verstoken bleven van het grote heilsplan voor het gehele huis Israel dat behouden zal gaan worden.

Juda kon de scepter niet meer zijn vanwege afgoderij en Efraïm/Israel was opgelost in de volkeren als lo ammi.

Al in Deuteronomium 29 en 30 wordt voorzegd, dat op een gegeven moment de Heilige Geest gaat openbaren in de volkeren dat mensen lo ammi zijn en dat het tijd wordt naar huis te komen in de zin van voorbereiding. Men krijgt een drang om de shabbat te gaan vieren en de bijbelse feesten. In onkunde denkt men het van Juda te moeten leren, maar het is de Vader Die door de Heilige Geest de openbaring schenkt. De enige voorwaarde daaraan is Yeshua, Die daadwerkelijk onze plaats innam. Zowel van Efraïm als van Juda. Onze bloedlijn is ondergeschikt, daar kunnen wij ons niet op beroemen. 1Pe 1:23  Gij, die wedergeboren zijt, niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en eeuwig blijvende Woord van YHVH. 

Waarom zijn wij Israeliet?

Omdat de Vader voor geen ander volk koos en een voorproefje is alreeds te zien in het volk bij de berg, dat uit de nazaten en veel vermengd volk bestond. Op hun Amen werden zij allen Israel. En zij zijn ons tot voorbeeld, zegt 1 Cor 10. Doordat dit volk ongerechtigheid bedreef, waarvoor geen offer is, kwam Yeshua om door Zijn zondeloos bloed in onze plaats te staan en zo staan wij als nazaten van dat Lo Ammi bij de berg en horen Vaders instructies die ons leiden zullen naar de ultieme eenwording.

Waarom weerstand tegen de bijbelse identiteit?

Lo Ammi ging op in de volkeren mede door het doen van ongerechtigheid. De andere kant van de zaak is dat door deze straf ook vele anderen geraakt gaan worden en eveneens eenswillens Amen zullen gaan zeggen op de instructies van YHVH. Dat is alleen maar mogelijk onder de banier van Yeshua. Er is geen andere Deur. Er is ook geen andere Scepter sinds Yeshua. Alleen in en door Yeshua krijgen wij onze functies terug.

Alhoewel de brieven van de apostelen een volmondig Amen zijn op de instructies van de Vader, heeft toch de vervangingsleer lang volgehouden dat er een gescheiden inzameling is, wat tot op de dag van vandaag hoofdzakelijk geleerd wordt en zo blijven velen hun leraren nazeggen dat zij geen Israel zijn, maar gelovigen uit de heidenen, christenen, gelovigen uit de volkeren of iets soortgelijks. Doordat er uitleggers ontbreken met de nadere openbaring dreigt de messiaanse beweging dezelfde kant op te gaan als andere goed begonnen bewegingen en wordt het gewoon kerk met een programma, waar de openbaring ontbreekt.

Schriftuurlijk of traditie

Schriftuurlijk gezien gaat een beweging waar de openbaring ontbreekt verder in traditie. De openbaring daarentegen, die net als de manna elke morgen nieuw is, geeft een onbekend (ver)nieuw(d) pad. Joh 14:26 vertelt ons wat de Heilige Geest ons indachtig wil maken.

Kies dan heden wie gij dienen zult.

We gaan een lijntje zetten naar aanleiding van YHVH’s beloften voor dat ene volk wat Hij boven alle andere volken verkoos. We gaven al aan dat de eerstgeboortezegen van Efraïm in lijn staat met die van Abraham. Efraïm was de jongste en kreeg de eerstgeboortezegen. Dat betekent, wanneer we het begrip “eerstgeborene” beschouwen, dat de eerstgeborene de eerste is en het van zijn vader leren moet. Ook heeft de rechtgeaarde eerstgeborene een karaktereigenschap om de anderen zonodig te leiden als de vader ontbreekt of als de vader daartoe aanzet.

De Ultieme Eerstgeborene ging ons daarin al voor.

We trekken de lijn door. Yeshua wordt de eerste der dagen, de Eersteling Die ons voorgaat. Aan wie werd het kostbare evangelie gegeven en gaven er gehoor aan? Kijk terug…dan zien wij volkeren waar het christendom in opkomst kwam.

Dat zijn door hun belijdenis Israelieten naar de belofte, maar door traditie en gebrek aan nadere openbaring ontbreekt hen de kennis.

Lengte van straf

De straf die het huis van Efraïm/Israel kreeg is nauwkeurig te bepalen aan de hand van het Woord en wanneer we de liniaal zetten zien we dat er tenminste vanaf 1996 veel meer mensen zijn gaan zien en belijden dat zij Israeliet zijn naar de belofte en tot het huis van Efraïm (zoon van Yosef, Bney Yosef) zijn, juist door en alleen door Yeshua. De pioniers onder ons kregen het door openbaring te weten, maar de toehoorders worden door traditie,vervangingsleer en gebrek aan schriftuurlijke kennis welke alleen door openbaring erkend kan worden, gehinderd.

Zoals gezegd is het heilspan al van voor de grondlegging der wereld gesteld en Abba Vader wil de eerste plaats hebben. Hij is onze Maker en Man. Er is geen andere Heiland. Alleen door Hem met mond en daad die eerste plaats te geven en Hem vragen verborgenheden te openbaren, zal Hem behagen en Hij zal naderen. De Geest der waarheid zal de ultieme waarheid openbaren aan ons hart. Hij wil van ons vernemen dat het ons ernst is. Dat vraagt inzet, opofferingsgezindheid, bereidwilligheid.

De sleutel tot de weg ten leven

Door ongerechtigheden hebben we Yeshua nodig als Verlosser. Hem aangenomen hebbende nadat Hij ons verzoende met de Vader, brengt ons bij de vraag wie wij zijn. Eerst noemden wij Hem Heer, maar nu wij kinderen geworden zijn, noemen wij Hem Vader en Hij ons kinderen Israels. Hij is niet langer Heer en wij geen gelovigen uit de volkeren. Dat laatste is een term, een aanduiding, maar niet een naam, die naar onze Verlosser verwijst. Heb_8:6  En nu heeft Hij zoveel uitnemender bediening gekregen, als Hij ook eens beteren verbonds Middelaar is, hetwelk in betere beloftenissen bevestigd is.

Velen hebben deze nadere openbaring niet ontvangen en blijven steken bij termen inplaats van de naam.

Wat houdt de naam Israeliet in?

Een functie in het koninkrijk. Wij zijn immers overeenkomstig de belofte geestelijk de eerstgeborenen – Hebr 12:23; Rom 8:29 . Wij zijn in hoofdzaak het huis van Juda vooropgegaan, precies zoals de profetie voorzegt.

De Vader heeft een volgorde, niet vanwege onze verdienste, want die hebben wij niet en willen wij ook niet.

Eerst zou lo ammi Ammi worden. Van heiden door Yeshua Israeliet naar de belofte.

Als heiden kunnen wij niets doen. Als gelovige uit de heiden, wanneer wij ons zo zullen blijven noemen ook niet.

Wanneer wij de moed hebben om ons schriftuurlijkerwijs Israeliet naar de belofte te noemen en vanuit die identiteit willen gaan handelen, niet als individu maar als volk, zal Abba horen en Juda jaloers in de zin van opmerkzaam maken en zal Juda overeenkomstig de profetie naar dit Efraïm, dit geestelijk eerstgeboren Israel naar de belofte, gaan en vragen, zie ondermeer Jer. 3:18

Wanneer wij verzaken Vaders verzoek op te pakken, zal Hij wachten tot een volgende generatie en ons passeren.

Dat heeft Hij ook gedaan met het volk waardoor alleen Jozua uit Juda en Caleb uit Efraïm/Israel het beloofde land mochten ingaan.

Vaders hart

De volheid der heidenen betekent dat we van heiden Israeliet worden en dat ook overeenkomstig de profetie aannemen, zodat straks gehéél Israel behouden wordt.

Wanneer we verzaken onze taak op te pakken, bedroeft het de Vader, maar zal Hij ons gaan passeren, omdat Hij trouw blijft aan Zijn Woord om Juda de volheid te tonen via het Israel naar de belofte. Dan zal Zijn hart onze kinderen zoeken of zij het willen oppakken. Heel het Woord getuigt ervan en met name Romeinen 9 t/m 11 in het bijzonder.

Nawoord.

Ondergetekende mocht deze kennis en inzicht ontvangen door Zijn schriftuurlijke Woord en Zijn Heilige Geest. Voorbereiding van Zijnentwege begonnen omstreeks 1978 door dromen die tot inzichten leidden. In 1987 gingen wij als gezin de wekelijkse shabbat in. Tot een volledig bewust erkennen van de bijbelse identiteit kwam het  omstreeks 1996. In 2007 werd ik aangespoord en geïnspireerd om te delen wat Hij mij geopenbaard heeft en tot nu toe probeer ik dat te verwoorden. Vanaf 2015 waren wij in gezinsverband vier maal deelnemer van het  Congres voor de zonen van Yosef vergezeld door enkelen uit Juda, die deze openbaring eveneens omhelst hadden. Sindsdien weten wij dat Abba YHVH in de vier winden eerstelingen aan het bewegen is de naam, roeping en taak op zich te nemen. Wij zijn met hen in contact en door hen met anderen, want Abba’s werk gaat door. Veelal achter de schermen.

Het is niet met het verstand te begrijpen. Alleen met hulp van Zijn Helper zullen wij van openbaring naar openbaring gaan en het Levende Woord bevestigen.

 

Joh 3:3036 Hij moet wassen, maar ik minder worden. 

Die van boven komt, is boven allen; die uit de aarde is voortgekomen, die is uit de aarde, en spreekt uit de aarde. Die uit den hemel komt, is boven allen. 

En hetgeen Hij gezien en gehoord heeft, dat getuigt Hij; en Zijn getuigenis neemt niemand aan. 

Die Zijn getuigenis aangenomen heeft, die heeft verzegeld, dat God waarachtig is. 

Want Dien YHVH/God gezonden heeft, Die spreekt de woorden Gods; want God geeft Hem den Geest niet met mate. 

De Vader heeft den Zoon lief, en heeft alle dingen in Zijn hand gegeven. 

Die in den Zoon gelooft, die heeft het eeuwige leven; maar die den Zoon ongehoorzaam is, die zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem. 

 

@Hadassah WD -www.tegentlicht.com

chaver18@hotmail.com


Een reactie plaatsen

Wat eenzijdig verbond vermag…

Onlangs kwam het verbond van YHVH met Abram in gedachten, die later door Hem Abraham werd genoemd. Realiserend dat YHVH Zelf dat verbond maakte met Abraham gaf aanleiding tot mijmeren. Abba Vader weet wie wij zijn en daarom maakte Hij dat verbond vast door het eenzijdig aan te gaan terwijl Abram de dieren verzamelde die offer werden.

Gen 15:8  En hij zeide: Heere, YHVH! waarbij zal ik weten, dat ik het erfelijk bezitten zal? 
Gen 15:9  En Hij zeide tot hem: Neem Mij een driejarige vaars, en een driejarige geit, en een driejarigen ram, en een tortelduif, en een jonge duif. 
Gen 15:10  En hij bracht Hem deze alle, en hij deelde ze middendoor, en hij leide elks deel tegen het andere over; maar het gevogelte deelde hij niet. 
Gen 15:11  En het wild gevogelte kwam neder op het aas; maar Abram joeg het weg. 
Gen 15:12  En het geschiedde, als de zon was aan het ondergaan, zo viel een diepe slaap op Abram; en ziet, een schrik, en grote duisternis viel op hem. 
Gen 15:13  Toen zeide Hij tot Abram: Weet voorzeker, dat uw zaad vreemd zal zijn in een land, dat het hunne niet is, en zij zullen hen dienen, en zij zullen hen verdrukken vierhonderd jaren. 
Gen 15:14  Doch Ik zal het volk ook rechten, hetwelk zij zullen dienen; en daarna zullen zij uittrekken met grote have. 
Gen 15:15  En gij zult tot uw vaderen gaan met vrede; gij zult in goeden ouderdom begraven worden. 
Gen 15:16  En het vierde geslacht zal herwaarts wederkeren; want de ongerechtigheid der Amorieten is tot nog toe niet volkomen. 
Gen 15:17  En het geschiedde, dat de zon onderging en het duister werd, en ziet, daar was een rokende oven en vurige fakkel, die tussen die stukken doorging. 
Gen 15:18  Ten zelfden dage maakte YHVH/de HEERE een verbond met Abram, zeggende: Aan uw zaad heb Ik dit land gegeven, van de rivier van Egypte af, tot aan die grote rivier, de rivier Frath

Yeshua

Mijmerend over dat eenzijdige verbond dat YHVH maakte met Abram bracht mij naar Iemand anders, Yeshua en ik realiseerde mij dat Hij het verbond vernieuwd heeft, ook weer eenzijdig,omdat YHVH weet wie wij waren en zijn.

Ik zie verband tussen Joh 3:16 en onderstaande verzen.

Isa 11:1  Want er zal een Rijsje voortkomen uit den afgehouwen tronk van Isai, en een Scheut uit zijn wortelen zal Vrucht voortbrengen. 
Isa 11:2  En op Hem zal de Geest des YHVH’s/HEEREN rusten, de Geest der wijsheid en des verstands, de Geest des raads en der sterkte, de Geest der kennis en der vreze des YHVH’s/HEEREN. 

Isa 53:2  Want Hij is als een rijsje voor Zijn aangezicht opgeschoten, en als een wortel uit een dorre aarde; Hij had geen gedaante noch heerlijkheid; als wij Hem aanzagen, zo was er geen gestalte, dat wij Hem zouden begeerd hebben. 
Isa 53:3  Hij was veracht, en de onwaardigste onder de mensen, een Man van smarten, en verzocht in krankheid; en een iegelijk was als verbergende het aangezicht voor Hem; Hij was veracht, en wij hebben Hem niet geacht. 
Isa 53:4  Waarlijk, Hij heeft onze krankheden op Zich genomen, en onze smarten heeft Hij gedragen; doch wij achtten Hem, dat Hij geplaagd, van God geslagen en verdrukt was. 
Isa 53:5  Maar Hij is om onze overtredingen verwond, om onze ongerechtigheden is Hij verbrijzeld; de straf, die ons den vrede aanbrengt, was op Hem, en door Zijn striemen is ons genezing geworden. 
Isa 53:6  Wij dwaalden allen als schapen, wij keerden ons een iegelijk naar zijn weg; doch de HEERE heeft onzer aller ongerechtigheid op Hem doen aanlopen. 

Wanneer we dan lezen dat uit Hem, door Hem en tot Hem alle dingen zijn, dan mogen we aannemen dat Hij het is die het plan maakte en zorgt dat het plan zal slagen. Het plan wat Hij voor ogen heeft.

Romeinen 8:28″En wij weten, dat dengenen, die God liefhebben, alle dingen medewerken ten goede, namelijk dengenen, die naar Zijn voornemen geroepen zijn. 
Rom 8:29  Want die Hij te voren gekend heeft, die heeft Hij ook te voren verordineerd, den beelde Zijns Zoons gelijkvormig te zijn, opdat Hij de Eerstgeborene zij onder vele broederen. (zodat wij bikkurim konden worden)
Rom 8:30  En die Hij te voren verordineerd heeft, dezen heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, dezen heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt. 

Dit plan, wat door dat eenzijdige verbond vastbesloten is, staat in Zijn Woord opgetekend. Maar aan alleen de letter hebben we niet genoeg. De openbaring kan van niemand anders komen dan van Zijn Geest van Heiligheid.

Woord en Geest. We komen dit begrip veel tegen in het gehele Woord van YHVH.

Laten we niet vergeten dat de voorjaarsfeesten zijn vervuld door Yeshua. Dat zou ook weleens kunnen betekenen dat we weliswaar de feesten kunnen gedenken vanuit de vervulling om reikhalzend uit te zien naar de vervulling van de najaarsfeesten.

Dat zou ook kunnen betekenen, dat door een stille omgang om de Stem van de Vader te kunnen verstaan, wij gaan beseffen dat we niet hoeven teruggrijpen op wat geweest is, maar beseffen dat door Zijn Geest het Koninkrijk al begonnen is gestalte te krijgen, maar nog niet voltooid is, omdat er nog andere schapen zijn…

We hebben inzicht van Zijn Stem nodig om niet terug te vallen in een vorm en voorwaarde vóór Yeshua. Deze vormen wezen naar Hem en nu Hij alreeds gekomen is, dienen wij Hem te vragen wat Hij wil dat wij doen zullen.

Joh 14:26 is een nuttig en uitnodigend handvat.

Er staat ons nog veel moois te wachten. Hij is onze Beschermer en dat wil wat zeggen.

Isa 43:18  Gedenkt der vorige dingen niet, en overlegt de oude dingen niet. 
Isa 43:19  Ziet, Ik zal wat nieuws maken, nu zal het uitspruiten, zult gijlieden dat niet weten? Ja, Ik zal in de woestijn een weg leggen, en rivieren in de wildernis. 
Isa 43:20  Het gedierte des velds zal Mij eren, de draken en de jonge struisen; want Ik zal in de woestijn wateren geven, en rivieren in de wildernis, om Mijn volk, Mijn uitverkorenen drinken te geven. 

Isa 41:10  Vrees niet, want Ik ben met u; zijt niet verbaasd, want Ik ben uw Elohim/God; Ik sterk u, ook help Ik u, ook ondersteun Ik u met de rechterhand Mijner gerechtigheid

Exo 14:13  Doch Mozes zeide tot het volk: Vreest niet, staat vast, en ziet het heil des YHVH’s/HEEREN, dat Hij heden aan ulieden doen zal, want de Egyptenaars, die gij heden gezien hebt, zult gij niet weder zien in eeuwigheid. 
Exo 14:14  YHVH/De HEERE zal voor ulieden strijden, en gij zult stil zijn. 

 

Exo 14:15  Toen zeide YHVH/de HEERE tot Mozes: Wat roept gij tot Mij? Zeg den kinderen Israels, dat zij voorttrekken. = Shema!

Om vast te houden, welke rode draad er door de hele schepping loopt, hebben we eigenlijk een paar woorden nodig, om te kunnen gaan onderscheiden, hoe Hij onderscheid maakte. Dat onderscheid kwam tot stand door Zijn Eigen daad.Uit,door en tot Hem.

Geen mens kon het plan verijdelen noch activeren!

YHVH ging tussen die twee stukken dieren door, zodat het verbond vastbesloten was/is. Yeshua, zondeloos, kwam in een punt des tijds om de gebroken lijn (door onze ongerechtigheid- Jesaja 53:5,6) lijn vernieuwd voort te zetten. In alle eenvoud zie ik punten die men met elkaar verbinden kan. Deze punten zijn uitgezette tijden en daden die alleen van YHVH afkomstig zijn, geprofeteerd in het Woord.

Verwondering dat Hij in Genesis 3:15 aangeeft dat uit Chava, de vrouw in het mensengeslacht, een Zaad zal komen die de kop van haSatan zal vermorzelen. Dat is ten tijde van Yeshua’s werk geestelijk gebeurd en zal ook daadwerkelijk gaan gebeuren.

Jer 33:17  Want zo zegt YHVH/de HEERE: Aan David zal niet worden afgesneden een Man, Die op den troon van het huis Israels zitte. 
Jer 33:18  Ook zal den Levietischen priesteren, van voor Mijn aangezicht, niet worden afgesneden een Man, Die brandoffer offere, en spijsoffer aansteke, en slachtoffer bereide al de dagen. 

Gen_14:18  En Melchizedek, koning van Salem, bracht voort brood en wijn; en hij was een priester des allerhoogsten Gods.
Psa_110:4  De HEERE heeft gezworen, en het zal Hem niet berouwen: Gij zijt Priester in eeuwigheid, naar de ordening van Melchizedek.
Heb_5:6  Gelijk Hij ook in een andere plaats zegt: Gij zijt Priester in der eeuwigheid, naar de ordening van Melchizedek.
Heb_5:10  En is van God genaamd een Hogepriester, naar de ordening van Melchizedek.
Heb_6:20  Daar de Voorloper voor ons is ingegaan, namelijk Yeshua/Jezus, naar de ordening van Melchizedek, een Hogepriester geworden zijnde in der eeuwigheid.

Een ander handvat is dat de belofte gepaard gaat met die ene Zade. Namelijk vanuit YHVH gegeven. Werd niet Sara bevrucht ná de belofte? En wat te zeggen van Izak? Gen_25:21  En Izak bad YHVH/den HEERE zeer in de tegenwoordigheid van zijn huisvrouw; want zij was onvruchtbaar; en YHVH liet zich van hem verbidden, zodat Rebekka, zijn huisvrouw, zwanger werd.

Rebekka/Rivkah werd zwanger van een tweeling, waarvan later de jongste de eerstgeboortezegen kreeg, net zoals de jongste genaamd Efraïm,zoon van Yosef. Je zou kunnen zeggen dat het niet logisch is, maar Hij heeft er iets mee voor.

Mirjam de moeder van Yeshua werd overschaduwd door de Heilige Geest.

Wat ik onder woorden probeer te brengen is, dat wanneer YHVH nageslacht beloofd waar de menselijke gang van zaken achterwege blijft, Hij er iets bijzonders mee wil zeggen.

Nu wij terugkijkend door Yeshua, die Ene Zade, als het ware geadopteerd zijn, zijn wij geestelijk niet meer wie wij waren.

Onze afkomst mogen we in herinnering houden, maar het nieuwe in ons is van doorslaggevend belang, namelijk dat wij kinderen van YHVH genoemd worden. Vanwege Zijn vastbesloten verbond en het zondeloze sterven/opstanding van Yeshua. Wij zijn een nieuwe schepping, wat nog tot volheid zal gaan komen. Hij zet met het verlossingswerk een vernieuwd geslacht, dat zich niet beroemd op wat men was (bloedlijn,afkomst etc) maar omarmt de vernieuwde identiteit, die eens gegeven werd aan het volk bij de berg, kinderen Israels. De roem en eer gaat dan uit naar die Ene door Wiens bloed wij ingelijfd en bijgezet zijn. Dát is het begin van het koninkrijk, waarvan de apostelen en profeten getuigden en wat zijn voleinding gaat krijgen in de zeer nabije toekomst, ongeacht wat wij voor ogen zien!

Ik blijf mij erover verwonderen.

Act 3:22  Want Mozes heeft tot de vaderen gezegd: De Heere, uw God, zal u een Profeet verwekken, uit uw broederen, gelijk mij; Dien zult gij horen, in alles, wat Hij tot u spreken zal. 
Act 3:23  En het zal geschieden, dat alle ziel, die dezen Profeet niet zal gehoord hebben, uitgeroeid zal worden uit den volke. 
Act 3:24  En ook al de profeten, van Samuel aan, en die daarna gevolgd zijn, zovelen als er hebben gesproken, die hebben ook deze dagen te voren verkondigd. 
Act 3:25  Gijlieden zijt kinderen der profeten, en des verbonds, hetwelk God met onze vaderen opgericht heeft, zeggende tot Abraham: En in uw zade zullen alle geslachten der aarde gezegend worden. 

Die ene Zade…

Gal 3:16  Nu zo zijn de beloftenissen tot Abraham en zijn zaad gesproken. Hij zegt niet: En den zaden, als van velen; maar als van een: En uw zade; hetwelk is Yeshua de Gezalfde/Christus. 

Rom_6:4  Wij zijn dan met Hem begraven, door den doop in den dood, opdat, gelijkerwijs Yeshua uit de doden opgewekt is tot de heerlijkheid des Vaders, alzo ook wij in nieuwigheid des levens wandelen zouden.

Rom_11:36  Want uit Hem, en door Hem, en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen.