Tegenhetlicht

Terug naar de Oude paden


2 reacties

Sleutelen aan de autoriteit van Yeshua

Vanwege gebrek der kennis en niet de benodigde honger om de waarheid te zoeken in het geschreven Woord, komen mensen in twijfel over wie Yeshua is.

Er gaan stemmen op dat Hij alleen mens zou zijn, weliswaar een bijzondere, maar dezelfde Rang én YHVH gemanifesteerd als mens, dat voert voor dezen te ver.

Dan hebben we nog de antimissionarissen, die vanuit verblinding leringen leren aan hen die deze naar de ogen kijken en zo is er veel ruis op de lijn met het grote gevaar op de loer dat men Yeshua los gaat laten en daarvan lezen we de bijzondere waarschuwing dat Heb 6:4  Want het is onmogelijk, degenen, die eens verlicht geweest zijn, en de hemelse gave gesmaakt hebben, en des Heiligen Geestes deelachtig geworden zijn, 
Heb 6:5  En gesmaakt hebben het goede woord Gods, en de krachten der toekomende eeuw, 
Heb 6:6  En afvallig worden, die, zeg ik, wederom te vernieuwen tot bekering, als welke zichzelven den Zoon van God wederom kruisigen en openlijk te schande maken. 

Een eenvoudig menselijk voorbeeld om aan te duiden dat Yeshua én mens was én YHVH in het vlees. We nemen een mens, die én echtgenoot, vader, zoon, broer is en een beroep heeft, maar het is die ene die in diverse rollen de verschillende taken uitvoert. De ene taak met bijbehorend talent is niet sluitend en toepasbaar op die andere, maar bij elkaar genomen beslaan ze het gebied en mensen die deze mens ontmoet in z’n leven.

Als YHVH zegt dat er geen andere Heiland/Verlosser is dan Hij, dan zouden we toch niet hoeven twijfelen aan Zijn woorden?

Jes 43:11 Ik, Ik ben YHVH/de HEERE, en er is geen Heiland behalve Mij.

Jes 45:21 Verkondigt en treedt hier toe, ja, beraadslaagt samen: wie heeft dat laten horen van ouds her? Wie heeft dat van toen af verkondigd? Ben Ik het niet, YHVH/ de HEERE? en er is geen God meer behalve Mij, een rechtvaardig God, en een Heiland, niemand is er dan Ik.

Hos 13:4 Ik ben toch YHVH/ de HEERE, uw God, van Egypteland af; daarom zoudt gij geen God kennen dan Mij alleen, want er is geen Heiland dan Ik.

Geen Heiland dan YHVH: noH369 saviourH3467 besideH1115 me. 

Yeshua…Yahusha…YHVH Die redt

Yeshua als Verlosser al in Gan Eden voorzegd

Gen 3:15  En Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar zaad; datzelve zal u den kop vermorzelen, en gij zult het de verzenen vermorzelen. 

Zaad is hier enkelvoud: Zera’.

Geen mens die als Naam Sterke God krijgt toebedeeld

Isa 9:5  Want een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij is op Zijn schouder; en men noemt Zijn naam Wonderlijk, Raad, Sterke God, Vader der eeuwigheid, Vredevorst; 

Er is geen andere Heiland:

Isa_43:11  Ik, Ik ben YHVH/de HEERE, en er is geen Heiland behalve Mij.
Isa_45:21  Verkondigt en treedt hier toe, ja, beraadslaagt samen: wie heeft dat laten horen van ouds her? Wie heeft dat van toen af verkondigd? Ben Ik het niet, YHVH/de HEERE? en er is geen God meer behalve Mij, een rechtvaardig God, en een Heiland, niemand is er dan Ik.
Hos_13:4  Ik ben toch YHVH/de HEERE, uw God, van Egypteland af; daarom zoudt gij geen God kennen dan Mij alleen, want er is geen Heiland dan Ik.

Komende Koning voorzegd

Jer 23:5  Ziet, de dagen komen, spreekt YHVH, dat Ik aan David een rechtvaardige Spruit zal verwekken; Die zal Koning zijnde regeren, en voorspoedig zijn, en recht en gerechtigheid doen op de aarde. 
Jer 23:6  In Zijn dagen zal Juda verlost worden, en Israel zeker wonen; en dit zal Zijn naam zijn, waarmede men Hem zal noemen: YHVH: ONZE GERECHTIGHEID. 
Jer 23:7  Daarom, ziet, de dagen komen, spreekt YHVH, dat zij niet meer zullen zeggen: Zo waarachtig als YHVH leeft, Die de kinderen Israels uit Egypteland heeft opgevoerd. 
Jer 23:8  Maar: Zo waarachtig als YHVH leeft, Die het zaad van het huis Israels heeft opgevoerd, en Die het aangebracht heeft uit het land van het noorden, en uit al de landen, waarheen Ik ze gedreven had! want zij zullen wonen in hun land. 

Geen menselijk mannelijk zaad

Luk 1:26 En in de zesde maand werd de engel Gabriel van God gezonden naar een stad in Galilea, genaamd Nazareth;
Luk 1:27 Tot een maagd, die ondertrouwd was met een man, wiens naam was Jozef, uit den huize Davids; en de naam der maagd was Maria.
Luk 1:28 En de engel tot haar ingekomen zijnde, zeide: Wees gegroet, gij begenadigde; de Heere is met u; gij zijt gezegend onder de vrouwen.
Luk 1:29 En als zij hem zag, werd zij zeer ontroerd over dit zijn woord, en overleide, hoedanig deze groetenis mocht zijn.
Luk 1:30 En de engel zeide tot haar: Vrees niet, Maria, want gij hebt genade bij God gevonden.
Luk 1:31 En zie, gij zult bevrucht worden, en een Zoon baren, en zult Zijn naam heten Yeshua.
Luk 1:32 Deze zal groot zijn, en de Zoon des Allerhoogsten genaamd worden; en God, de Heere, zal Hem den troon van Zijn vader David geven.
Luk 1:33 En Hij zal over het huis Jakobs Koning zijn in der eeuwigheid, en Zijns Koninkrijks zal geen einde zijn.
Luk 1:34 En Maria zeide tot den engel: Hoe zal dat wezen, dewijl ik geen man bekenne?
Luk 1:35 En de engel, antwoordende, zeide tot haar: De Heilige Geest zal over u komen, en de kracht des Allerhoogsten zal u overschaduwen; daarom ook, dat Heilige, Dat uit u geboren zal worden, zal Gods Zoon genaamd worden.

Goddelijke authoriteit

Joh 8:18 ….Ik ben van boven; gij zijt uit deze wereld, Ik ben niet uit deze wereld.”

Joh 8:12 Yeshua dan sprak wederom tot henlieden, zeggende: Ik ben het licht der wereld; die Mij volgt, zal in de duisternis niet wandelen, maar zal het licht des levens hebben. (..) 14  Yeshua antwoordde, en zeide tot hen: Hoewel Ik van Mijzelven getuig, zo is nochtans Mijn getuigenis waarachtig; want Ik weet, van waar Ik gekomen ben, en waar Ik heenga; maar gijlieden weet niet, van waar Ik kom, en waar Ik heenga. (..)16  En indien Ik ook oordeel, Mijn oordeel is waarachtig; want Ik ben niet alleen, maar Ik en de Vader, Die Mij gezonden heeft. 
17  En er is ook in uw wet geschreven, dat de getuigenis van twee mensen waarachtig is. 
18  Ik ben het, Die van Mijzelven getuig, en de Vader, Die Mij gezonden heeft, getuigt van Mij. (..)23  En Hij zeide tot hen: Gijlieden zijt van beneden, Ik ben van boven; gij zijt uit deze wereld, Ik ben niet uit deze wereld. (..) 42  Yeshua dan zeide tot hen: Indien God uw Vader ware, zo zoudt gij Mij liefhebben; want Ik ben van God uitgegaan; en kom van Hem. Want Ik ben ook van Mijzelven niet gekomen, maar Hij heeft Mij gezonden. 

Geen mens kan zelf het leven geven en nemen

Joh 10:17  Daarom heeft mij de Vader lief, overmits Ik Mijn leven afleg, opdat Ik hetzelve wederom neme. 
18  Niemand neemt hetzelve van Mij, maar Ik leg het van Mijzelven af; Ik heb macht hetzelve af te leggen, en heb macht hetzelve wederom te nemen. Dit gebod heb Ik van Mijn Vader ontvangen.

Titel

Joh 20:27  Daarna zeide Hij tot Thomas: Breng uw vinger hier, en zie Mijn handen, en breng uw hand, en steek ze in Mijn zijde; en zijt niet ongelovig, maar gelovig. 
Joh 20:28  En Thomas antwoordde en zeide tot Hem: Mijn Meester en mijn God! 

Aanbidding

Matteüs 28:16-17: “De elf leerlingen gingen naar Galilea, naar de berg waar Yeshua hen had onderricht, en toen ze hem zagen bewezen ze hem eer, al twijfelden enkelen nog.”

Yeshua zal aanbeden worden door elk schepsel

Openbaring 5:13-14: “Elk schepsel in de hemel, op aarde, onder de aarde en in de zee, alles en iedereen hoorde ik zeggen: ‘Aan hem die op de troon zit en aan het lam komen de dank, de eer, de lof en de macht toe, tot in eeuwigheid.’ De vier wezens antwoordden: ‘Amen,’ en de oudsten wierpen zich in aanbidding neer.”

Geen mens kan een ander mens verlossen

Joh 1:29  Des anderen daags zag Johannes Yeshua tot zich komende, en zeide: Zie het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt! 
Joh 1:30  Deze is het, van Welken ik gezegd heb: Na mij komt een Man, Die voor mij geworden is, want Hij was eer dan ik. 

Wordt vervolgd


2 reacties

Yeshua in de Tenach?

Niemand heeft ooit YHVH gezien, dus Wie spreekt er, schept er, verschijnt er?

We willen Hem gaan ontdekken in de Tenach om te gaan vaststellen dat Hij de Ene is met diverse Namen, verschijningen en dat kan Hij omdat Hij boven ons denken souverein is om datgene te kunnen doen en machtig is te doen. Het zijn wij die met ons verstand en mogelijkheden vaak trachten Hem kleiner te maken dan Hij is.

Wat Hij gezegd heeft IS.

Ik heb de teksten in de oorspronkelijke vertaling gehouden incl de benaming, maar overal waar ik de HEERE lees is t in mijn gedachten YHVH….

Man

Gen 18:1  Daarna verscheen hem de HEERE/YHVH aan de eikenbossen van Mamre, als hij in de deur der tent zat, toen de dag heet werd. 
Gen 18:2  En hij hief zijn ogen op en zag; en ziet, daar stonden drie mannen tegenover hem; als hij hen zag, zo liep hij hun tegemoet van de deur der tent, en boog zich ter aarde. 

Man

Gen 32:24  Doch Jakob bleef alleen over; en een man worstelde met hem, totdat de dageraad opging. 
Gen 32:25  En toen Hij zag, dat Hij hem niet overmocht, roerde Hij het gewricht zijner heup aan, zodat het gewricht van Jakobs heup verwrongen werd, als Hij met hem worstelde. 
Gen 32:26  En Hij zeide: Laat Mij gaan, want de dageraad is opgegaan. Maar hij zeide: Ik zal U niet laten gaan, tenzij dat Gij mij zegent. 
Gen 32:27  En Hij zeide tot hem: Hoe is uw naam? En hij zeide: Jakob. 
Gen 32:28  Toen zeide Hij: Uw naam zal voortaan niet Jakob heten, maar Israel; want gij hebt u vorstelijk gedragen met God en met de mensen, en hebt overmocht. 
Gen 32:29  En Jakob vraagde, en zeide: Geef toch Uw naam te kennen. En Hij zeide: Waarom is het, dat gij naar Mijn naam vraagt? En Hij zegende hem aldaar. 
Gen 32:30  En Jakob noemde den naam dier plaats Pniel: Want, zeide hij ik heb God gezien van aangezicht tot aangezicht, en mijn ziel is gered geweest. (Yacobs interpretatie van de verschijnng)

Man

Exo 33:18  Toen zeide hij (Mozes): Toon mij nu Uw heerlijkheid! 
Exo 33:19  Doch Hij zeide: Ik zal al Mijn goedigheid voorbij uw aangezicht laten gaan, en zal den Naam des HEEREN uitroepen voor uw aangezicht; maar Ik zal genadig zijn, wien Ik zal genadig zijn, en Ik zal Mij ontfermen, over wien Ik Mij ontfermen zal. 
Exo 33:20  Hij zeide verder: Gij zoudt Mijn aangezicht niet kunnen zien; want Mij zal geen mens zien, en leven. 
Exo 33:21  De HEERE zeide verder: Zie, er is een plaats bij Mij; daar zult gij u op de steenrots stellen. 
Exo 33:22  En het zal geschieden, wanneer Mijn heerlijkheid voorbij zal gaan, zo zal Ik u in een kloof der steenrots zetten; en Ik zal u met Mijn hand overdekken, totdat Ik zal voorbijgegaan zijn. 
Exo 33:23  En wanneer Ik Mijn hand zal weggenomen hebben, zo zult gij Mijn achterste delen zien; maar Mijn aangezicht zal niet gezien worden! 

De Ene

Deuteronomium 6:4  Hoor, Israel! de HEERE, onze God, is een enig HEERE

Verschijning

1Koningen 19 spreekt over de Ongeziene, Die met Elia spreekt

Yeshua van eeuwigheid af

Spr 8:22  De HEERE bezat Mij in het beginsel Zijns wegs, voor Zijn werken, van toen aan. 
Spr 8:23  Ik ben van eeuwigheid af gezalfd geweest; van den aanvang, van de oudheden der aarde aan. 
Spr 8:24  Ik was geboren, als de afgronden nog niet waren, als nog geen fonteinen waren, zwaar van water; 
Spr 8:25  Aleer de bergen ingevest waren, voor de heuvelen was Ik geboren. 
Spr 8:26  Hij had de aarde nog niet gemaakt, noch de velden, noch de aanvang van de stofjes der wereld. 
Spr 8:27  Toen Hij de hemelen bereidde, was Ik daar; toen Hij een cirkel over het vlakke des afgronds beschreef; 
Spr 8:28  Toen Hij de opperwolken van boven vestigde; toen Hij de fonteinen des afgronds vastmaakte; 
Spr 8:29  Toen Hij der zee haar perk zette, opdat de wateren Zijn bevel niet zouden overtreden; toen Hij de grondvesten der aarde stelde; 
Spr 8:30  Toen was Ik een voedsterling bij Hem, en Ik was dagelijks Zijn vermakingen, te aller tijd voor Zijn aangezicht spelende; 
Spr 8:31  Spelende in de wereld Zijns aardrijks, en Mijn vermakingen zijn met de mensenkinderen. 
Spr 8:32  Nu dan, kinderen! hoort naar Mij; want welgelukzalig zijn zij, die Mijn wegen bewaren. 
Spr 8:33  Hoort de tucht, en wordt wijs, en verwerpt die niet. 
Spr 8:34  Welgelukzalig is de mens, die naar Mij hoort, dagelijks wakende aan Mijn poorten, waarnemende de posten Mijner deuren. 
Spr 8:35  Want die Mij vindt, vindt het leven, en trekt een welgevallen van den HEERE. 

De Ene

Isa_43:11  Ik, Ik ben de HEERE, en er is geen Heiland behalve Mij.
Isa_45:21  Verkondigt en treedt hier toe, ja, beraadslaagt samen: wie heeft dat laten horen van ouds her? Wie heeft dat van toen af verkondigd? Ben Ik het niet, de HEERE? en er is geen God meer behalve Mij, een rechtvaardig God, en een Heiland, niemand is er dan Ik.

YHVH gemanifesteerd in Yeshua

Jes. 9:5  Want een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij is op Zijn schouder; en men noemt Zijn naam Wonderlijk, Raad, Sterke God, Vader der eeuwigheid, Vredevorst; 
Jes. 9:6  Der grootheid dezer heerschappij en des vredes zal geen einde zijn op den troon van David en in zijn koninkrijk, om dat te bevestigen, en dat te sterken met gericht en met gerechtigheid, van nu aan tot in eeuwigheid toe. De ijver des HEEREN der heirscharen zal zulks doen. 

De Ene

Hos_13:4  Ik ben toch de HEERE, uw God, van Egypteland af; daarom zoudt gij geen God kennen dan Mij alleen, want er is geen Heiland dan Ik.

Ik kan niet anders vaststellen dat Hij die Ene, onveranderlijke is, Die in diverse verschijningsvormen een glimp van Hem heeft laten zien, waaronder de Voedsterling, de Uitvoerende Rechterhand (scheppend), Vleesgeworden Woord, Dus dat Woord was er eerst en de Voedsterling zag men nog niet…maar was er.

Om ons mensen iets te verwoorden van dat grootse gaat Hij als het ware ons een voorbeeld geven en dan denken wij of door overlevering of door eigen beperkt denken dat die Ene uit meer personen bestaat, maar het Woord zegt iets heel anders!

Ikzelf haal vaak als heel eenvoudig voorbeeld een mens aan, die en echtgenoot, vader,zoon, broer is en een beroep heeft,maar het is die ene die in diverse rollen de verschillende taken uitvoert. De ene taak met bijbehorend talent is niet sluitend en toepasbaar op die andere,maar bij elkaar genomen beslaan ze het gebied en mensen die deze mens bereikt in z’n leven.

Shema Yisrael YHVH Elohenu YHVH Echad

Laat Ons mensen maken zegt ook niets over een zg Drieëenheid..dat maken mensen ervan.

Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien, zegt Yeshua in Johannesbrief, maar daar doelt Hij niet op twéé, maar weer op dat geheimenis van die Ene, waar wij niet van kunnen vatten met ons verstand dat Hij de Ene is.

Hij is

Joh 8:58  Yeshua zeide tot hen: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Eer Abraham was, ben Ik. 

Alleen door aan te nemen en ons verstand uit te schakelen, kunnen we het vatten. Het verstand hoort immers bij onze ziel en niet te verwarren bij onze geest, waar het geloof woont omdat Zijn Geest inwoning heeft in ons.

Naar aanleiding van een heel inspirerend gesprek dacht ik deze tekstaanhalingen er even bij te halen, zodat ook ik het later makkelijk terug vinden kan.

Aanvullen mág!

Beproef mn woorden, graag!

Zegen en shalom, Hadassah.