Tegenhetlicht

Terug naar de Oude paden

Louteren toestaan

Een reactie plaatsen

Een schrijven van iemand die ik zijdelings en voornamelijk vanuit gedachten delen ken, maakte dat ik geïnspireerd werd om de huidige situatie in zijn algemeenheid wat anders te bekijken en dit schrijvend naar woorden zoekend proberen te delen met hen die bereid zijn om geijkte gedachten los te durven laten…

Ons ultieme Voorbeeld is Yeshua.

Laten we naar Zijn leven kijken met name toen Hij wist dat de ure kwam dat Hij verraden zou gaan worden.

Markus 14:18 En als zij aanzaten en aten, zeide Yeshua/Jezus: Voorwaar, Ik zeg u, dat een van u, die met Mij eet, Mij zal verraden.
19 En zij begonnen bedroefd te worden, en de een na den ander tot Hem te zeggen: Ben ik het? En een ander: Ben ik het?
20 Maar Hij antwoordde en zeide tot hen: Het is een uit de twaalven, die met Mij in den schotel indoopt.
21 De Zoon des mensen gaat wel heen, gelijk van Hem geschreven is; maar wee dien mens, door welken de Zoon des mensen verraden wordt! Het ware hem goed, zo die mens niet geboren ware geweest.

Yeshua wist wat er ging gebeuren, in een ander boek staat dat hij bedroefd werd, innerlijk in beweging kwam.Yeshua liet Zich niet leiden door de omstandigheden, maar bleef bij de maaltijd, die zo’n belangrijke wending kreeg. Het was immers het Pesachmaal, wat velen voorafgaand aan dit tijdstip als heenwijzing hadden beleefd en nu, voor velen ongezien en niet geloofd, door Yeshua’s aanstaande lijden, sterven en opstanding een vervulling zou ingaan om door de verlosten die na Zijn heengaan deze Pesach in vervulling te gaan herdenken.

Wat zouden wij doen als wij in onze ogen onrechtvaardig behandeld zouden gaan worden?

22 En als zij aten, nam Yeshua/Jezus brood, en als Hij gezegend had, brak Hij het, en gaf het hun, en zeide: Neemt, eet, dat is Mijn lichaam.
23 En Hij nam den drinkbeker, en gedankt hebbende, gaf hun dien; en zij dronken allen uit denzelven.
24 En Hij zeide tot hen: Dat is Mijn bloed, het bloed des Nieuwen Testaments, hetwelk voor velen vergoten wordt.
25 Voorwaar, Ik zeg u, dat Ik niet meer zal drinken van de vrucht des wijnstoks, tot op dien dag, wanneer Ik dezelve nieuw zal drinken in het Koninkrijk Gods.                                                                                                              26 En als zij den lofzang gezongen hadden, gingen zij uit naar den Olijfberg.

Welk gemoed had Yeshua toen Hij samen met de dicipelen de lofzang zong?

Onderwijl vertelde Yeshua, wat er zou gaan gebeuren in dezelfde nacht en na Zijn opstanding…

27 En Yeshua zeide tot hen: Gij zult in dezen nacht allen aan Mij geërgerd worden; want er is geschreven: Ik zal den Herder slaan, en de schapen zullen verstrooid worden.
28 Maar nadat Ik zal opgestaan zijn, zal Ik u voorgaan naar Galilea.

Petrus zei in zijn spontaniteit, op dat moment onwetende wat hij in een beproeving doen zou, het volgende. Wat zouden wij gezegd hebben?
29 En Petrus zeide tot Hem: Of zij ook allen geërgerd wierden, zo zal ik toch niet geërgerd worden.

Yeshua kende Petrus beter en toch wilde Petrus hem overtuigen dat hij trouw bleef:

30 En Jezus zeide tot hem: Voorwaar, Ik zeg u, dat heden in dezen nacht, eer de haan tweemaal gekraaid zal hebben, gij Mij driemaal zult verloochenen.
31 Maar hij zeide nog des te meer: Al moest ik met U sterven, zo zal ik U geenszins verloochenen! En insgelijks zeiden zij ook allen.

Laten we nog eens kijken hoe Yeshua’s gedrag was..Kwam Hij in verzet? Zette Hij Zich af tegen degenen die Hem gevangen zouden gaan nemen? Bedacht hij een vluchtplan om aan de handen van de bedienden van de toenmalige overheid te ontkomen? Nam Hij de dicipelen mee in deze gedachten,zodat zij in ieder geval geïnformeerd zouden zijn? Of was Hij in de overgave, omdat Hij wist wat het doel ervan was?

32 ¶ En zij kwamen in een plaats, welker naam was Gethsemane, en Hij zeide tot Zijn discipelen: Zit hier neder, totdat Ik gebeden zal hebben.
33 En Hij nam met Zich Petrus, en Jakobus, en Johannes, en begon verbaasd en zeer beangst te worden;
34 En zeide tot hen: Mijn ziel is geheel bedroefd tot den dood toe; blijft hier, en waakt.

We lezen dat Hij, zeer bewogen, bedroefd en beangst, in de overgave bleef! Alleen de vraag zo het mogelijk ware, dat die ure voorbijging, gevolgd door de cruciale gedachte “Niet wat Ik wil, maar wat Gij wilt”

35 En een weinig voortgegaan zijnde, viel Hij op de aarde, en bad, zo het mogelijk ware, dat die ure van Hem voorbijginge.
36 En Hij zeide: Abba, Vader! alle dingen zijn U mogelijk; neem dezen drinkbeker van Mij weg, doch niet wat Ik wil, maar wat Gij wilt.

In die overgave aanvaardt Hij:

37 En Hij kwam, en vond hen slapende, en zeide tot Petrus: Simon! slaapt gij? Kunt gij niet een uur waken?
38 Waakt en bidt, opdat gij niet in verzoeking komt; de geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak.
39 En wederom heengegaan zijnde, bad Hij, sprekende dezelfde woorden.
40 En wedergekeerd zijnde, vond Hij hen wederom slapende, want hun ogen waren bezwaard; en zij wisten niet, wat zij Hem antwoorden zouden.
41 En Hij kwam ten derden male, en zeide tot hen: Slaapt nu voort, en rust; het is genoeg, de ure is gekomen; ziet, de Zoon des mensen wordt overgeleverd in de handen der zondaren.

Als een Herder leidt Hij hen. Is Hij niet ons ultieme Voorbeeld?

42 Staat op, laat ons gaan; ziet, die Mij verraadt, is nabij.
43 ¶ En terstond, als Hij nog sprak, kwam Judas aan, die een was van de twaalven, en met hem een grote schare, met zwaarden en stokken, gezonden van de overpriesters, en de Schriftgeleerden, en de ouderlingen.
44 En die Hem verried, had hun een gemeen teken gegeven, zeggende: Dien ik kussen zal, Die is het, grijpt Hem, en leidt Hem zekerlijk henen.
45 En als hij gekomen was, ging hij terstond tot Hem, en zeide: Rabbi, en kuste Hem.
46 En zij sloegen hun handen aan Hem, en grepen Hem.

Yeshua verdedigde Zich niet. Hij zegt daarentegen dat het nu de tijd is, opdat de Schriften vervuld zouden worden:
47 En een dergenen, die daarbij stonden, het zwaard trekkende, sloeg den dienstknecht des hogepriesters, en hieuw hem zijn oor af.
48 En Jezus, antwoordende, zeide tot hen: Zijt gij uitgegaan, met zwaarden en stokken, als tegen een moordenaar, om Mij te vangen?
49 Dagelijks was Ik bij ulieden in den tempel, lerende, en gij hebt Mij niet gegrepen; maar dit geschiedt, opdat de Schriften vervuld zouden worden.

50 En zij, Hem verlatende, zijn allen gevloden.

-Zijn wij bereid onze eigen gedachten over hoe wij behandeld zouden moeten worden, los te laten?

-Hadden wij het ons voorgesteld dat Abba YHVH het plan om een natie te vormen van het noordelijk huis van Israel zo serieus zou nemen, dat Hij ons allen wil gaan louteren om ons tot zelfonderzoek te brengen?

-Hadden wij in gedachten dat Hij daarbij middelen ter hand zou nemen die ons niet zo welgevallig zijn en dat hij ons inderdaad in de vier winden bereiken wil en dat wij dat vandaag de dag nog mogen weten en ervaren?

-Het is een pijnlijke zaak om geremd te worden in onze eigen mening ten aanzien van persoonlijke vrijheid. Voor de een meer dan voor de ander. Het is ook pijnlijk waarneembaar als dat in onze eigen ogen onrechtvaardig lijkt, maar Wie staat boven alles en laat dit toe zonder ons dat direct duidelijk te maken?

Ezechiël 20:35 Daartoe zal Ik u brengen in de woestijn der volken, en Ik zal met u aldaar rechten, aangezicht aan aangezicht;

36 Gelijk als Ik gerecht heb met uw vaderen in de woestijn van Egypteland, alzo zal Ik met u rechten, spreekt YHVH/de Heere HEERE.

37 En Ik zal ulieden onder de roede doen doorgaan, en Ik zal u brengen onder den band des verbonds.

-Zou het niet zo zijn, dat Hij, Die alles overziet, bezig is, de rebellen uit te zuiveren van Zijn uiteindelijke volkje Israel en daarom loutering toestaat, opdat de oprechten openbaar zullen komen – Ezech 20:38;1 Cor. 11:19;  1 Joh 2:19; ?

-Laten we ons bezinnen, voordat wij misschien tegen Abba YHVH ingaan en denken volkomen volgens Zijn wil en voornemen te leven!

-Zal de maatschappelijke toestand ons helpen om onze waarom-vragen om te zetten in waartoe-vragen?

Laten we hopen en bidden dat wij niet om onze daden maar om Zijns Naams wil gedacht zullen worden in het boek des Levens.

Jesaja 55: 6 Zoekt YHVH/den HEERE, terwijl Hij te vinden is; roept Hem aan, terwijl Hij nabij is.
7 De goddeloze verlate zijn weg, en de ongerechtige man zijn gedachten; en hij bekere zich tot YHVH/den HEERE, zo zal Hij Zich Zijner ontfermen, en tot onzen God, want Hij vergeeft menigvuldiglijk.
8 Want Mijn gedachten zijn niet ulieder gedachten, en uw wegen zijn niet Mijn wegen, spreekt YHVH/de HEERE.
9 Want gelijk de hemelen hoger zijn dan de aarde, alzo zijn Mijn wegen hoger dan uw wegen, en Mijn gedachten dan ulieder gedachten.
10 Want gelijk de regen en de sneeuw van den hemel nederdaalt, en derwaarts niet wederkeert; maar doorvochtigt de aarde, en maakt, dat zij voortbrenge en uitspruite, en zaad geve den zaaier, en brood den eter;
11 Alzo zal Mijn woord, dat uit Mijn mond uitgaat, ook zijn, het zal niet ledig tot Mij wederkeren; maar het zal doen, hetgeen Mij behaagt, en het zal voorspoedig zijn in hetgeen, waartoe Ik het zende.

Joh 14:26 26 Maar de Trooster, de Heilige Geest, Welken de Vader zenden zal in Mijn Naam, Die zal u alles leren, en zal u indachtig maken alles, wat Ik u gezegd heb.

Beproef mijn woorden!

Auteur: hadassah18

Van jongsafaan hield ik ervan om wat ik zag te verwoorden. Er waren ervaringen die ik liever schreef dan ze vertellen. Min of meer komend vanuit de rechtse flank van het christelijk geloof zonder kerklid te zijn, kreeg ik liefde voor het geschreven Woord die ook wel bijbel wordt genoemd. Al jong was ik overtuigd van de Weg,maar wist, dacht ik, het juiste pad niet. Maar de Vader wist het en begin dertig was ik, toen Hij mij met een levensveranderende gebeurtenis bevrijdde, wat ik als wederomgeboren beschouw. Die ervaring maakte dat ik Hem wilde dienen, maar Hij mocht het bepalen en dat deed Hij. In 2007 gaf Hij duidelijk aan dat ik mocht gaan delen van wat ik van Hem ontvangen had. Dat onderwerp zag ik in die tijd zelden in Nederland en omstreken. Een groot verlangen is het dat de twee huizen spoedig één kudde worden zoals beschreven in Ezechiël 37 en andere verwijzingen. Ik ben gelukkig getrouwd, moeder en ik heb mijn identiteit gevonden in YHVH's onderwijzingen. Johannes 14:26 is een raad die ik hoog acht. Het geschreven Woord van YHVH krijgt prioriteit. Naast schrijvend delen hou ik ervan om hen die de wil van de Vader willen doen, te ontmoeten en heb een brede belangstelling. Veel verantwoorde onderwerpen hebben mijn belangstelling. Dankbaar dat Hij mij ertoe aanzette om te gaan delen, wandel ik mijn levensreis, vertrouwend dat Hij het wel zal maken. "En zeg de kinderen Israels dat zij voorttrekken" Exodus 14:15

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s