Omdat ik er door diverse mensen op attent gemaakt werd dat onderstaand schuingedrukt stukje hen tot zegen was, herhaal ik het hier.

Het kan niet anders dan dat het Vaders aandacht heeft, dat wij uit de volkeren en terugkeren, als jongste zoon, niet bij de oudste broer te rade gaan om te leren, maar  naar Vader, waarvan Yeshua alreeds toen Hij op aarde was, ons beloofde dat wanneer Hij heen zou gaan, de Ruach haKodesh/ Heilige Geest zou komen om ons alles te leren wat Hij gezegd had. Dús…

Daarbij ben ik al geruime tijd bepaald bij het feit dat velen niet beter weten, omdat het hen niet duidelijk gemaakt wordt, wat Vader behaagt ver boven ons denken en voorkeur. Daar komen we achter als we Hem vragen.

Er is een strijd gaande tussen religie en relatie, precies als in de tijd van Yeshua. Nee, niet ver weg, ook in ons eigen land en in ons midden!

Teruggaan naar Vader houdt onder andere in dat we vele zaken af gaan leggen en op onszelf terug vallen. Dan blijven over, wij, Hij, het Woord en de aanwezige leiding van Zijn Geest.

Velen komen uit kerkelijke systemen en weten niet beter of zo hoort het te gaan vervolgen. Amper bevrijd van de gevolgen van het achterland, stapt men zo makkelijk over in het volgende en er zijn zo weinig ouderen ( uitgezonderd enkele zeer gewaardeerde broeders en zusters), die  in het geloof de valkuilen en valstrikken durven en kunnen uitleggen, dat teruggaan naar de Oude paden waar rust te vinden is voor onze zielen, de uitnemendste is.

Velen hebben niet door, dat religie betovering baart en hen verwijderd van het diepe gezegende resultaat wanneer men relatie voedt. Religie heeft kennis nodig om te bestaan, relatie openbaring. Beiden hebben kenmerken, die tegenover elkaar staan.

Yeshua is ons ultieme Voorbeeld en Hij deed niet anders dan wat YHVH alreeds vanaf het begin bekend maakte.

De overbekende woorden houden ook nu een uitnodiging in:

“Kom tot Mij, allen, die vermoeid en belast zijn, en Ik zal u rust geven; neem mijn juk op je en leer van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart, en je zult rust vinden voor je ziel; want mijn juk is zacht en mijn last is licht.” Mat. 11:28-30

“Recentelijk las ik een serieuze waarschuwing voor ons uit de natiën, dat wij ons niet moeten wenden tot leringen van mensen, die ons de weg naar Yeshua onthouden. De boom der kennis lonkt ons in diverse verschijningen en wij denken dat het ons niet schaden zal als we er de wijsheid uit vissen en de resten laten zitten. Hebben we weleens gedacht aan het effect ervan?

Van het begin af aan heb ik weerstand gehad tegen leringen die Yeshua niet verhogen of erger nog, niet aanhalen. Voor ons, die uit de volkeren komen en waar Hij specifiek voor gekomen is, hebben van node dat wij Yeshua in het middelpunt houden. Dan zullen wij een zegen zijn voor zowel jood als griek.

Recentelijk teruggekeerd uit Israel heb ik opnieuw gezien dat er minstens twee stromingen zijn…
-Die van de ogendienst om Juda maar te laten zien dat wij zo met hen te doen hebben en hen lief willen hebben.Juda in de slachtofferrol houden ipv op gelijkwaardige voet met hen akkederen. Ik beschouw dat als emotioneel en daar is even niets mis mee, wanneer je in het allereerste begin staat van de ontdekking ook Israel naar de belofte te zijn. Als het goed is, gaat men dieper afsteken. Blijf er niet in.
– Die van de verborgenheid om Abba YHVH te herinneren aan Zijn beloften en het naderen aan Hem over te laten. Yeshua de plaats geven, die Hem toekomt. Zonodig wachten op de vorm die Hem welgevallig is.Juda als gelijkwaardig zien, omdat zij een van de twaalf zonen zijn en niet de enige zoon waar wij dan bij mogen horen (dat hoor ik overigens veels teveel, terwijl YHVH ons op een heel andere plaats wil hebben)

-Bij de eerste stroming wil men onwillekeurig en vaak ook onbewust Juda pleasen, waar zij niet mee gebaat zijn en wat YHVH niet voor ogen heeft gezien Zijn woorden. Men gaat zich anders kleden en soms kan men geen verschil meer zien tussen Juda en hen.Men gaat hun leringen luisteren en onwillekeurig wordt Yeshua naar de achtergrond geschoven, omdat men Juda niet tegen de haren instrijken wil…toch?

-Bij de tweede stroming wil men niet voor de Vader uit lopen, wacht op Zijn leiding en wil dat bevestigd hebben. Ook de ogendienst ontbreekt en het klakkeloos overnemen van joods culturele gebruiken die niet in de Schrift staan vermeld. Men onderzoekt waarom, hoe en wanneer.Juda is gelijkwaardig als een van de zonen, net als zij. Men waakt ten allen tijde voor Yeshua’s plaats in hun midden.

In Israel heb ik gezien en ervaren dat de
=eerste stroming zijn doel gaat missen, zowel naar Juda als naar oprechte christenen en andere geloven die ook bereikt mogen gaan worden, vanwege een anders verstaan van liefde dan YHVH bedoelt. Christenen haken af bij judaistisch getint Yosef

=De tweede stroming die haar identiteit weet en de genade van YHVH aan mensen bewezen,zal oog en bewogenheid naar allen krijgen die de Vader op hun pad brengt. Zij zullen hen niet naar de ogen zien, maar gelijkwaardig vriendschap bieden, omdat zij details van het goddelijk plan weten en de oogst aan Abba overlaten.

Ik heb gezien en ervaren in Israel dat deze stromingen verdeeldheid (1) weerspiegelen en bevorderen dat t noodzakelijke naderen van Efraim tot haar goddelijk doel vertraagt en weerhoudt.

Maar YHVH kan ook met een kleiner overblijfsel verder…“

1.Matth 10:34″Meent niet, dat Ik gekomen ben, om vrede te brengen op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard. 1Cor 11:Want er moeten ook ketterijen onder u zijn, opdat degenen, die oprecht zijn, openbaar mogen worden onder u.

In kort bestek vinden wij de aanleiding voor dat zwaard in deze tekst terug:

Jer. 3:16 Zo zegt YHVH:
Gaat staan aan de wegen,
en ziet en vraagt naar de oude paden,
waar toch de goede weg is,
opdat gij die gaat en rust vindt voor uw ziel;
maar zij zeggen: Wij willen die niet gaan.

Kiest dan heden:

Joz 24: 15 Doch zo het kwaad is in uw ogen YHVH te dienen, kiest u heden, wien gij dienen zult; hetzij de goden, welke uw vaders, die aan de andere zijde der rivier waren, gediend hebben, of de goden der Amorieten, in welker land gij woont; maar aangaande mij, en mijn huis, wij zullen YHVH dienen!